Hoofdcategorieën
Home » Originele werken » Over de dingen die ze nooit vergaten » 1.6
Over de dingen die ze nooit vergaten
1.6
’s Nachts werd er getoverd. Amir en Layla droomden magische dromen over hun wederhelften, Elias droomde zijn magische herinneringen en Amina woelde ’s nachts koortsig rond, zich zelfs in haar dromen afvragend welke heks ze had beledigd om haar gezin te laten vervloeken.
Het was doodstil in huize El Haddaoui; de natuur had hen in slaap gesust om de hele nacht een witte verrassing voor te kunnen bereiden.
Toen Amina ’s morgens zwetend ontwaakte, werd ze verrast door een pak sneeuw van vijf centimeter dat groeide terwijl ze ernaar keek.
Toen Elias ’s morgens ontwaakte, werd hij verrast door een berichtje van zijn vrouw: ‘Ik ben alvast boodschappen doen, voor de sneeuw de weg onbegaanbaar maakt.’
Elias zat rechtop in bed, zijn telefoon in zijn hand. Hij sprong van het berichtje van Amina naar dat van Johan en weer terug. Het contrast tussen de spanning en he huislijke leven kon niet groter zijn. Een vervolg?
Wel, niet, wel, niet –
Elias volgde de sneeuwvlokjes met zijn ogen en realiseerde zich dat hij niet zozeer een vervolg wilde, maar wel iemand om erover te praten. Iemand om zijn twijfels tegen uit te spreken, iemand die hem niet zou veroordelen, iemand die geen schade kon aanrichten met de informatie, iemand die –
Iemand die het deels toch allemaal wist en er niets mee kon omdat hij niemand kende en omdat hij maar zo’n klein deel uitmaakte van Elias’ leven. Iemand zoals Johan.
En dus belde hij, in een opwelling, zijn collega van de afdeling psychologie.
Na twee keer overgaan, werd de telefoon opgenomen.
‘Elias!’ riep Johan verrast uit. ‘Ik was al bang dat je boos was over vrijdag. Wat ik je natuurlijk niet kwalijk kan nemen, maar, hè…’
‘Nee,’ verzuchtte Elias. ‘Dat is het niet.’
‘Oh. Wat… wat is het dan wel?’
‘Ik… ik wilde gewoon iemand om tegen te praten, denk ik.’
‘Ah. Waarover?’
‘Over… vrijdag? Over – ik bedoel, ik… wat moet ik ermee?’
‘Hoe moet je ermee omgaan dat je op mannen valt, bedoel je?’ vroeg Johan begripvol.
‘Wat? Nee!’ stootte Elias uit. ‘Meer… mijn gezin is nooit perfect geweest, maar het lijkt zomaar uit elkaar te vallen en ik wil het er niet met m’n zus over hebben voor het geval ze zich verspreekt tegen Amina en… ja.’
‘Ik bewaar je geheim wel, hoor. Maar je hebt twee puberende kinderen, Elias. Dat brengt sowieso problemen met zich mee. En dan zit jij ook nog hiermee… dat is nou eenmaal niet makkelijk.’
‘Ik zit nergens mee.’
‘Ik bedoel alleen –’
‘Ik zit niet met mijn seksualiteit in de knoop, Johan.’
‘Oh… ik – sorry. Maar iedereen maakt wel eens fouten. En je hebt nog steeds die puberende kinderen.’
‘Ja… ja, je hebt vast gelijk.’
‘Misschien merken ze de wrijving tussen jou en je vrouw wel op.’
‘Wrijving?’
‘Kom op, Elias. Je kunt me veel wijsmaken, maar niet dat er geen wrijving is tussen jullie. Niet na vrijdag, niet als je mij nu belt in plaats van je vrouw of je zus. Niet als –’
‘Ja, oké.’
‘Je kinderen merken dat ook. Zelfs als jij niet merkt dat zij het merken.’
Jij en mam zijn toch ook niet vrijwillig bij elkaar gekomen? Hoorde hij Amir weer vragen.
Je kinderen merken dat ook.
‘Blijf je wel bij haar?’
‘Ja.’
‘Oké. Dat is goed.’
‘Ja.’
‘Elias, ik –’
‘Sorry als je dacht dat ik belde omdat ik een vervolg wilde afspreken,’ gooide Elias eruit. ‘Als je dacht dat ik een toekomst in ons zag, als je dacht dat ik bij Amina wegging voor jou, als je, ik –’
Hij voelde tranen prikken achter zijn ogen en stopte met praten. Nog iemand om teleur te stellen.
‘Het is oké. Liever nu dan later. Is het vanwege Amina? De kinderen?’
‘Nee, nee, gewoon… überhaupt.’
‘Vanwege mij.’
‘In zekere zin. Maar… ik zou het wel fijn vinden als ik je als een vriend mag beschouwen. Mag dat?’
‘Ja, dat mag. Graag zelfs.’
‘Dank je. Zeg… is het mogelijk om over te geven van spanning?’
Johan schoot in de lach. ‘Had je niet gewoon een kater?’
‘Jawel, maar volgens mij was dat het niet.’
‘Wat was het dan wel?’
Elias opende zijn mond om te antwoorden, woog de woorden op zijn tong, zuchtte, hoopte, wilde –
De voordeur opende voor hij een antwoord kon formulieren.
‘Shit, Amina is thuis,’ zei hij in de speaker. ‘Ik bel je terug.’
En hij hing op. Shit, Amina is thuis, weergalmde het in zijn hoofd.
Waren ze zo diep gezakt?
Hij pakte samen met zijn vrouw de boodschappen uit. Hij zette koffie. Hij ontbeet met zijn gezin, overhoorde zijn dochter, spoorde zijn zoon tevergeefs aan tot studeren, lunchte met zijn gezin. Hij maakte de badkamer schoon en haalde een stofzuiger door het huis.
Hij vroeg zich af: wat nu? Moest hij Johan terugbellen? Moest hij Amina vertellen wat hij gedaan had?
Zou hij zijn zus bellen om haar te vragen haar verhaal van gisteren af te maken? En zo ja, zou hij er dan iets mee doen?
Terwijl hij alle vragen negeerde, voelde hij het gat tussen hem en Amina met de seconde uitdijen.
Zou zij het ook voelen?
En, belangrijker: konden ze – wilden ze – er nog wel overheen springen?
Die vraag negeerde hij ook.
‘Ga je nog studeren?’ vroeg Elias Amir na de lunch. Van Amina kreeg hij de eerste goedkeurende blik in twee dagen.
Amir staarde uit het keukenraam, naar de auto’s in de straat en de inmiddels bijna tien centimeter dikke sneeuw die erop lag.
‘Als ik nou beloof dat ik vanavond echt heel hard ga leren, mag ik dan nu naar buiten?’
‘En dan?’ vroeg Elias.
‘Dan ga ik een sneeuwpop bouwen.’
‘Ik ga mee!’ besloot Layla direct, maar ze voegde er wel snel aan toe: ‘Als het mag, natuurlijk. Pap?’
Elias onderdrukte een glimlach. ‘Nou goed,’ gaf hij toe. ‘Maar vanavond wordt er keihard geleerd.’
De tieners grijnsden, ruimden uit zichzelf hun bordjes op en renden de hal in om zich dik in te pakken.
Ze deden het samen; het verzamelen van sneeuw, het bouwen van de pop, het zoeken naar steentjes als knopen en takken als armen.
Elias keek vanuit de keuken vertederd toe. Vijf minuten, een kwartier, een halfuur. Layla zag hem staan en zwaaide, om daarna weer op te gaan in haar sneeuwpop.
Het was alsof ze nog steeds zes was in plaats van zestien. Het was alsof Marius vergeten was, alsof Eliza vergeten was, alsof ze het gelukkige gezinnetje waren waar hij zo graag deel van wilde uitmaken.
Het wat was alsof de sneeuw de problemen bevroor en alleen het geluk heet genoeg brandde om voelbaar te blijven, alsof –
Alsof Elias naar de hal kon lopen, zijn jas muts sjaal handschoenen aan kon trekken en zijn kinderen kon assisteren bij het bouwen van de sneeuwpop, alsof ze dan zouden lachen en het was zelfs bijna alsof Amina dan mee zou doen en waarom – waarom zou ze eigenlijk niet meedoen? Waarom zou hij haar niet vragen mee te doen? Waarom –
Ze keek hem vragend aan toen hij in de deuropening verscheen en hij toverde een glimlach op zijn gezicht: ‘Ga je mee naar buiten met de kinderen, net als vroeger?’
Haar gezicht vertrok tot een frons en ze staarde hem aan, wantrouwend, wachtend tot hij in de lach zou schieten, alsof het raar was dat haar man vroeg of ze iets met hem wilde ondernemen – omdat het raar was dat haar man vroeg of ze iets met hem wilde ondernemen.
Maar hij lachte niet en hij vertrok geen spier en hij stond daar maar afwachtend in de deuropening.
‘Misschien,’ zei Amina en Elias’ gezicht brak open in een nog grotere glimlach dan eerst.
Het was geen nee.
Hij ging naar buiten via de achterdeur en sloop de straat op, verstopte zich achter een auto en maakte een sneeuwbal. Toen beide kinderen de andere kant op keken, kwam hij overeind en gooide – en raakte Amir recht in zijn rug.
Toen de jongen omkeek, zat zijn vader alweer achter de auto aan een tweede sneeuwbal te werken.
Pas na de derde sneeuwbal ontdekte Layla haar vader. ‘Pap!’ riep ze verbaasd uit, waarna de vierde sneeuwbal haar in haar buik raakte.
Het sneeuwballengevecht dat erop volgde, was pas afgelopen toen alle drie ingezeept waren en tot onder hun jas doorweekt waren van de sneeuw. Ze waren zo druk in de weer dat ze niet eens merkten dat hun moeder naar buiten was gekomen om toe te kijken.
Amina voorzag haar gezin van dekens en warme chocolademelk. Ze vertelde over de eerste keer dat ze als meisje met haar ouders ging schaatsen en hoe haar ouders dat enger hadden gevonden dan zij.
Laat het alsjeblieft altijd zo blijven, bad Elias in stilte. Laat het alsjeblieft, alsjeblieft altijd zo blijven als het nu is.
Zijn wens werd niet ingewilligd. De chocolademelk was nog geen vijf minuten op toen de deurbel ging.
‘Ik zit zo lekker,’ probeerde Elias nog. ‘Zullen we het gewoon negeren?’
Maar een minuut later ging de bel opnieuw, langer dit keer, dus stond hij zuchtend op en liep hij richting de deur, draaide hij de knop om, opende hij de deur, langzaam, met tegenzin, zoveel tegenzin, en richtte hij zijn blik op degene die zijn geluksmomentje kwam verstoren –
En keek recht in de ogen die nog exact hetzelfde waren als hij zich dacht te herinneren.
‘Elias?’ vroeg de vrouw aarzelend. ‘Eh… ik weet niet zo goed hoe ik dit in het kort moet uitleggen.’
Reacties:
WIE IS HET???? Moet dit nou, Bo?
Maar eh ja. Elias zit zo duidelijk in de knoop met z’n seksualiteit dat ze het zelfs vanaf de maan kunnen zien dus niet gaan lopen liegen vent
Ja, wat Iv zegt, MOET DIT NU?
Nee, ik snap het wel. Cliffhangers horen bij een goed verhaal. Maar toch, nu ben ik echt heel erg benieuwd, want ik had niet verwacht dat het een vrouw ging zijn die voor zijn deur staat.
Dus, vrouw van? Zus van? Beste vriendin van? Of iets helemaal anders.
Ik ben echt benieuwd naar het verhaal dat achter deze vrouw zit.
En weet je, ik voel voor Elias. Hij voelt zich zo schuldig en het zou zoveel gemakkelijker zijn als hij gewoon het goed kon blijven hebben met Amina, want het wordt zo'n rommeltje als er kinderen bij aan de pas komen. Maar uiteindelijk zal het toch moeten, want het blijven forceren gaat ook niet.
Maar Bo, begin ons eens wat meer antwoorden te geven in plaats van steeds meer vragen. KWIL WETEN :cccc
I love this story <3 and you! <3