Hoofdcategorieën
Home » Lord of the Rings » Return of the Evil. » 4. The news is spreading.
Return of the Evil.
Geschreven door:
Onderdeel van:
Laatst bijgewerkt:
6 juli 2009 - 18:40
Aantal woorden:
1051
Aantal reacties:
1
Aantal keer gelezen:
287
4. The news is spreading.
Hoofdstuk 4.
The news is spreading.
Niet alleen in Lothlórien komt het nieuws.
Lórien
3e Era
3e Era
Het Reisgenootschap was nu net een dag weg.
Meteen was er weer rust in Lórien.
Ik zat aan mijn kleine eikenhouten bureau.
Rumil, Haldir's jongere broer, had hem gemaakt.
Hij was er heel trots op.
Ik lachte en liet mijn hand over het blad glijden.
Voorzichtig pakte ik een potje inkt en een kroontjespen.
Maar ik bedacht me.
Ik had er geen behoefte aan om mijn ouders te schrijven.
Ik stond op en keek uit het raampje.
Haldir zat een eindje verderop bij de de rivier.
'Mí¡ra aurë, melamin'
Ik ging naast hem liggen.
Ook hij ging liggen.
'Ik heb een naar gevoel' zei hij zacht.
Ik keek hem aan.
'Over Legolas. Het Reisgenootschap'
'Alles is vast wel goed'
Ik wilde hem niet vertellen dat ik hetzelfde voelde.
Hij lachte en trok me dichter tegen hem aan.
Ik gaf hem een kus op zijn mond.
Zijn zachte lippen tegen de mijne.
Ik voelde zijn handen over mijn rug.
'Sidh! Haldir'! een schreeuw verstoorde het moment.
Iemand begon te giechelen. Ik herkende Pepijn's lach.
Ik zuchtte.
'Wat'? Ik hoorde de bitterheid in mijn eigen stem.
'Het is Legolas'
Opeens draaide mijn maag zich om.
'L-Legolas'?
'Ja. De Ring is weg en Legolas is weg we hebben jullie hulp nodig'
Merijn keek ons smekend aan.
'Merijn, Pepijn ga zo snel als jullie kunnen terug naar Aragorn' zei Haldir
'Wij gaan op zoek naar Legolas' Ik maakte zijn zin af.
'Precies en als we Legolas gevonden hebben, hebben we de Ring'
De Hobbits knikten en gingen weer terug.
Ik ging samen met Haldir naar de stallen.
'Waar zou hij kunnen zijn'? Haldir keek me aan.
Ik wist het ook niet, al kende ik hem nog zo goed.
'Haldir'! Het was Aragorn die hem riep.
'Aragorn'?
'Legolas was op weg gegaan naar Zuid Aarde. Hij had een brief van Findëmaxa'
'Van Findë'?!
Ik viel bijna van mijn paard af.
Findë was een oude vriendin uit Zuid Aarde alleen, hoe kende Legolas haar.
Aragorn zei ons gedag en Haldir en ik gingen verder met zoeken.
'Legolas'!
Hij lag op de grond.
Zo snel mogelijk gingen we naar hem toe.
'Legolas'? Mijn stem sloeg over, hij reageerde nog steeds niet.
Haldir pakte de Ring en borg hem op in een lederen buidel.
'Wat nu'? vroeg ik hem. Legolas reageerde nog steeds niet.
'Ik ga Aragorn zoeken. Ze zullen hun kamp hier naar toe moeten verhuizen'
Ik knikte. 'Doe voorzichtig'
Hij lachte en ging weg.
'Oh Legolas, waar ben je toch mee bezig'?
Langzaam probeerde hij zijn ogen open te doen.
Hij keek me fronsend aan en probeerde wat te zeggen.
'Shh. Je hoeft niks te zeggen'
Hij deed zijn ogen weer dicht.
'Waar is de Ring'? vroeg hij moeizaam.
Hij was een paar minuten bij bewustzijn maar vroeg meteen om de Ring.
'Die' ik stopte. Ik vond het moeilijk te vertellen. Hoe zou hij reageren als ik het hem zou vertellen? 'De Ring is hier niet meer'
'Wí¡t'?! schreeuwde hij zijn stem was schor.
'Hij moest weg van je. Hoe kon je het jezelf toch aan doen'
'Je weet niet waarom ik het deed. Waarom ik het doe'!
Hij keek me kwaad aan en stond op.
'Nee Legolas blijf nu'
Maar hij rende al weg.
Zo snel als ik kon probeerde ik hem te achtervolgen.
Met succes. Ver kwam hij niet.
Hij zakte op zijn knieën.
Ik stak mijn hand uit.
Maar hij nam het niet aan.
'Ik hoef je hulp niet'
Ik liet hem maar, als hij mijn hulp niet wilde, dan zocht hij het ook maar zelf uit. Ondertussen was Haldir al gearriveerd met Aragorn en de rest.
'Ah, eindelijk weer normaal voedsel' hoorde ik Gimli al roepen.
Haldir's wenkbrauw schoot omhoog.
'Je meisje' zei Gimli lachend.
Haldir schudde z'n hoofd en negeerde hem verder.
'Wat heb je nodig? Ik ga wel jagen'
Aragorn probeerde hem duidelijk te maken dat ik het niet leuk vond.
Mijn spieren spande zich en ik moest moeite doen om Gimli niet te wurgen.
Maar nog één zo'n opmerking.
Hij viel van zijn paard af.
'Die beesten ook altijd. Misschien moeten we deze maar gebruiken'
Te laat voor Gimli.
Voor ik het wist had ik hem vast geklemd tussen mijn knieën en zaten mijn handen al om zijn keel. Die dwerg had me al jaren op m'n zenuwen gewerkt.
Jaren geleden begon het al.
Toen ik nog contact had met mijn familie.
Mijn moeder wilde dat ik ging koken voor de mannen.
Aangezien hun altijd aan het jagen waren, ze moest eens weten.
Mijn moeder was altijd gast vrij. En mijn vader ook.
Ik bleef liever alleen, opgesloten op mijn kamertje.
Of ging naar het afgelegen meertje.
Maar toen op een dag, kregen we een dwerg te eten.
Zijn naam luidde: Gimli.
Het eerste waar hij aan dacht was een grote pint en een vers varken.
Ik moest het voor hem gaan koken.
En die dagen werden alleen maar meer.
'Nu is het genoeg je zorgt nu maar eens voor je eigen'
'Sidh' iedereen keek me verbaasd aan.
Maar het kon me niet schelen.
Zou deze dwerg hier nu dood gaan dan zou ik er geen traan om laten.
Ik duwde mijn handen verder om zijn keel.
Hij probeerde uit alle macht mijn grip losser te maken, maar hij had geen succes.
Fel keek ik hem aan en benauwd keek hij mij aan.
'Sidh'! Haldir trok me van hem af.
Hij hield me stevig vast.
'Kom' fluisterde hij zachtjes in mijn oor.
Ik voelde me iets rustiger worden.
Samen met Haldir liep ik weg, de ogen van de andere prikten in mijn rug.
'Sidh, waarom deed je dat nou'
'Dat heb ik je al verteld' zei ik nukkig.
'Alleen die rede'?
'Alleen die rede'?! 'Ik vind die rede wel genoeg, wie denkt hij wel niet dat hij is'!
Haldir lachte.
'Het is niet om te lachen, die egoïstische dwerg is te lui om zijn eigen eten te maken. Denkt hij nu echt dat ik altijd voor hem klaar sta alleen voor het eten ik heb een leven'
Nog steeds keek hij me lachend aan.
'Wat nou'? beet ik hem toe.
'Je lijkt nu wel op mij'
'Wí¡t'?
'Die felle haat tegen de dwergen'
Ik zuchtte.
'Waar waren we gebleven'? een twinkeling in zijn ogen.
'Hmm ik denk hier'
Ik kuste hem.
'Haldir, Sidh'!
Nu was het Aragorn die ons moment stoorde.
Ook hij begon te lachen.
'Sorry'
Maar toen ik me omdraaide was de ernst alweer in zijn gezicht.
'Iemand heeft geluisterd. De troepen zijn op weg. Het zal niet lang meer duren voor de duistere hand de Ring weer in handen heeft'
'Maar'?
'Ja ze wisten dat de Ring in Rivendell was, maar nu weten ze precies waar hij is'
Het kon niet waar zijn, het moest mijn verbeelding zijn dat ik de Orc troepen al hoorde.
Maar toch.
De dreunende voetstappen leken naderbij te komen.
En mijn gedachten werden waarheid, de Orc hoorn werd geblazen.
legolas is gone badis ana het huile'n='[
Xx