Hoofdcategorieën
Home » Tokio Hotel » Sing it Out! » 4. Miserie en Magische momenten.
Sing it Out!
4. Miserie en Magische momenten.
Voorlopig had ik Bill gewoon genegeerd, maar vandaag kon ik er niet onderuit. Het was ondertussen al woensdag en in de pauze was Bill hij me komen vragen of we in de namiddag alvast wat konden doen voor de opdracht. Ik kon zag aan zijn gezicht zien dat hij er ook geen zin in had. Ik schrok wel van de manier waarop hij het vroeg, geen greintje arrogantie. Dat verontrustte me nog meer, als stilte voor de storm. Ik had er totaal geen zin in maar weigeren kon ik moeilijk. Het ging tenslotte wel om mijn carrière. Na de peptalk van mijn vriendinnen had ik me trouwens voorgenomen om me niet te laten doen en gewoon mijn eigen zin te doen. Ik zou wel zien wat er zou gebeuren.
'Mijn rugzak weegt echt loodzwaar!' zei Merel puffend toen we de gangen doorliepen.
'Ik zei je toch om die overbodige boeken in je locker te leggen. Je hoeft die heus niet allemaal mee te sleuren naar onze kamer!'
'Zeg, ga je zo dadelijk met ons mee lunchen? We wilden naar de stad gaan. Of ben je dan nog bij Bill?'
'Natuurlijk ga ik mee! Ik heb trouwens pas met hem afgesproken om twee uur. Genoeg tijd, en anders wacht hij maar.' ik glimlachte breed en Merel keek me vrolijk aan.
Iedereen bevond zich al in Marties, een gezellige kroeg in de buurt. Na schooltijd zaten er altijd een heleboel leerlingen, uitgelaten na een hele dag op de schoolbanken versleten te hebben. Het rumoer oversteeg ons gesprek toen we binnenkwamen en ik zocht meteen waar de rest zich bevond. We schoven bij ze aan tafel en kletsten over gebeurtenissen van de voormiddag. Om half twee vertrok ik weer naar school en besloot de rest om te shoppen.
Ik liep terug door de school naar één van de repetitieruimtes. Ik opende de deur zonder kloppen en zag meteen dat ik niet de eerste was. Bill zat relaxed op één van de stoelen. Ik begroette hem kort terwijl hij me doordringend aankeek en er een valse grijns op zijn gezicht verscheen. Hij groette me terug en Ik zette me neer op de stoel recht tegenover hem en dan viel er een doodse stilte.
'Luister, ik weet dat jij het helemaal niet leuk vind om met mij samen werken. Dat geldt trouwens ook voor mij. Maar ik moet hier van mijn manager goed voor werken en ik geloof dat jij ook niet zomaar alles wilt verknoeien omdat we het niet kunnen vinden met elkaar. Zoals je ziet, we zitten in hetzelfde schuitje en we zullen er het beste van moeten maken.' Toen hij me dat vertelde was ik al enorm opgelucht dat hij tenminste zijn best wilde doen.
'Zullen we er dan maar aan beginnen?' zei ik weer kort.
Onze opdracht was een ruw schrijfsel van een songtekst te maken die we op het einde van de maand moesten inleveren. Daarna kon er nog genoeg aangepast worden als we dat wilden. Hoe we ook ons best deden, Bill en ik dat is zoals: zwart en wit, licht en donker, hemel en hel en zo zou ik nog een tijdje kunnen verdergaan. Binnen de kortste keren botsten onze meningen. Dat draaide dan uit op een vete waarbij Bill van frustratie alle bladeren door de kamer slingerde en ik stampvoetend de kamer verliet en met een klap de deur dichtsloeg. Tot zover het vlotte verloop van onze eerste samenwerking.
s' Avonds liep ik door de gangen. Merel was al in bed gekropen want ze was doodmoe van een hele middag shoppen. Ik daarentegen was nog klaarwakker. Het enige waar ik me de hele middag mee had bezig gehouden was ruziën in een repetitiekamertje. Daarom liep nog wat rond te dwalen door de gangen. Het was nog maar half tien dus officieel moest je nog niet op je kamer zijn (niet dat ik me altijd strikt aan de regeltjes hield). Ik sloop wel eens vaker door de gangen. Ik vond het leuk om dansers of een band bezig te zien. Stiekem keek ik door de verschillende raampjes waar ik voorbij passeerde. Ik hield mijn pas in bij het concertgebouw toen ik plots enorm veel geluid hoorde. Eerst wilde ik gewoon verder lopen maar de nieuwsgierigheid nam het van me over. Zo stil mogelijk glipte ik naar binnen. Die stem kwam me bekend voor. Ik schuifelde geruisloos naar een stoel van de achterste rij. Hier zouden ze me vast niet opmerken. Vooraan stond Bill, samen met de andere jongens van Tokio Hotel. Waarschijnlijk repeteerde ze weer één van hun nieuwe nummers. Ik herinnerde me dat ik gehoord had dat ze hier mochten repeteren. Dat was praktisch voor de tweeling om zo school en de band te combineren. In de tijd dat ik en de rest normaal vakantie hadden gaven zij meestal concerten en gingen op tour. In het schooljaar was dat namelijk niet toegelaten. Georg en Gustav zaten hier niet meer op school, vroeger wel. Nu enkel nog maar Bill en Tom. Ik twijfelde er geen seconde aan dat ze stonden te popelen tot ze dit jaar konden afsluiten. Dan konden ze zich eindelijk ten volle concentreren op de band. Hun toekomst in de muziekwereld stond zo goed als vast.
Bills stem vulde de zaal. Hij sprong, liep en huppelde over het podium alsof hij dat al zijn hele leven gewoon was. Uitslover, dacht ik bij mezelf. De laatste klanken stierven uit toen hij stopte met zingen. Hij nam een slok van zijn flesje water en ging weer klaar staan. Hij zette zijn micro in het daarvoor bestemde statief en Gustav telde af. Het liedje was rustiger en langzamer dan het voorgaande. Al snel hoorde ik zijn stem weer door de micro. Hij stopte echter even snel als hij begonnen was.
'Fuck, nu was ik weer te laat!' riep hij zichzelf verwijtend. Billy was dan toch niet altijd zo perfect dan wat er van hem gezegd werd. De tweede keer begon hij op het juiste moment. Ik zag het aan de glimlach die op zijn gezicht verscheen. Natuurlijk had ik nog langer kunnen luisteren, van het ene naar het andere nummer. Maar eerlijk gezegd, ik vond het wat saai worden. Ik besloot om terug te keren en stond op. Ondertussen vloeide dat nummer nog steeds in mijn oren. En plots brak er iets in me. Ik weet niet wat het was. Het enige wat ik na een tijdje doorhad was dat mijn voeten niet meer mee wilden en dat ik me alleen nog wilde omdraaien. Ik zag hem, iets voorover gebogen naar het statief zong hij langzaam verder. De uitdrukking op zijn gezicht wilde het verhaal vertellen dat zijn stem zong. Dat liedje deed iets met me. Het zoog me naar zich toe en het volgde het ritme van mijn hartslag, alsof het bij me leek te horen. Vanbinnen kreeg ik het er warm van. Ik begon me raar te voelen. Eigenlijk wist ik niet meer wat ik voelde, wat ik moest voelen. Ik werd er gewoon gek van. De persoon die ik zo haatte maakte dat ik me zo kon voelen. Ik snapte er niets meer van.