Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen n schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Tokio Hotel » Oude(re) SA's » Wel of nIet?

Oude(re) SA's

20 juli 2009 - 20:19

3922

0

270



Wel of nIet?

Lisas pov:
Ik kan het niet meer. Binnenkort wil ik er een einde aan maken. Ik pak mijn mes uit de la en zet een paar rode strepen over mijn armen.
Trouwens, dat snijden houd ik nu al zon half jaar vol, dus mijn armen zitten al aardig onder.
Dan hoor ik beneden de deur open gaan, mijn moeder is thuis. Shit, ze zou over een uur pas thuis komen!
Snel berg ik mijn mes op, en houd mijn armen onder de kraan. Hoi Lisa, ik ben thuis! Roept ze vrolijk naar boven. Ik hoorde het! Roep ik terug.
Ik doe snel mijn pyjama aan en doe zweetbandjes om. Nog even checken of er niets te zien is. Nope, helemaal geen spoor van wat er daarnet gebeurt is, behalve als ik de zweetbandjes af zou doen.
Dan ga ik naar beneden. Hoi mam. Ik ga naar bed. Zeg ik. Zo vroeg? Het is pas half 9. Zegt ze verbaast. Ik heb gewoon slaapZeg ik, en ga naar boven.
Als ik in mijn bed lig voel ik mijn armen nog branden van daarnet, maar ik besteed er verder geen aandacht aan.
Dan val ik in slaap.
Als ik de volgende ochtend wakker word hoor ik mijn moeder beneden al rommelen.
Ik doe snel mijn kleren aan en ga naar beneden.
Daar zit mijn moeder al aan tafel. Ik ga tegenover haar zitten en werk snel mijn boterham naar binnen. Er volgt nog even een snelle kus en dan ga ik naar school.
Als ik op school kom staat mijn vriendin Stephanie al op me te wachten.
Ik dump al mijn boeken in mijn kluisje. Al snel komt Mona er ook aan. We lopen met haar mee naar haar kluisje. Wanneer zij met haar boeken bezig is loopt er een groepje meiden langs. Hey Gothic, zet eens een glimlach op. Zegt Manon spottend. Ik ken Manon al sinds de kleuterklas, en ze is altijd al het zelfde geweest; Een mode-freak die altijd een groepje achter haar aan heeft. Eigenlijk heb ik geen goede woorden voor haar over.
Sabrina, Mandy en Fransien beginnen te giechelen. Stelletje meelopers. Wauw, alle huppelkutjes op een rij. Zeg ik sarcastisch. Nou, beter dat dan dat we helemaal zwart gekleed gaan. Zegt Fransien. Weer beginnen ze te lachen. Kom, we gaan. Hier hebben we toch niets meer te zoeken. Zegt Mona, en trekt me mee.
We lopen vast naar het lokaal toe, niet dat we zo graag naar de les willen, maar alles is beter dan bij die meiden staan. Terwijl we naar het lokaal aan het lopen zijn gaat de bel. En al snel stromen de gangen vol met leerlingen die hun lokaal opzoeken. Na ongeveer 5 minuten geplet te zijn komt de docent eraan. We hebben het eerste uur engels, die docent is trouwens ook onze mentor. Niet iets om trots op te zijn trouwens.
Als iedereen eindelijk op een stoel zit en een beetje stil is, komt er een meisje binnen. Dit is Joyce, ze is nieuw op deze school. Zegt onze mentor. Ga daar maar zitten Joyce. Zegt ze, en wijst naar de plaats naast mij. Twijfelend komt ze naast me zitten en pakt een paar spullen uit. Ik leg mijn boek in het midden, en de saaie les kan beginnen.
In de pauze komt Joyce weer naar ons toe. Ehm Hoi, kan ik misschien bij jullie pauze houden. Ik eh Ik ken namelijk nog niemand. Zegt ze een beetje zenuwachtig. Wij vinden het wel best dat ze erbij komt. Dan komt Manon haar groepje er weer aan. Ojee, ik geloof dat Joyce een verkeerde beslissing heeft genomen, je gaat toch niet met die gothics om lieverd. Zegt Manon. Ik word echt schijtziek van haar. Oprotten nou! Ga lekker ergens anders je nagels staan vijlen Manon, en neem die hele zooi met huppels met je mee. Zeg ik hard. Nou, dat doe ik maar al te graag. Denk je nou echt dat ik nog langer bij jou in de buurt wil zijn? Zegt ze, en draait zich met een ruk om en vertrekt.
Daar zijn we voorlopig weer vanaf. Zeg ik met een zucht. Ben je echt gothic of zegt ze dat om je te pesten? Vraagt Joyce. Dat laatste. Zeg ik nors. Het is echt heel erg irritant dat ik telkens voor gothic word aangezien. Ik draag vaak donkere kleding, nou en? Maar ik zet mezelf er wel overheen.
De uren gaan traag voorbei, maar uiteindelijk belanden we toch bij het 7e uur, en dat betekend; we zijn klaar!
Stephanie gaat met mij mee naar huis.
Eerst maken we ons huiswerk en dan gaan we een beetje lopen klooien op MSN. Na een tijdje gaat dat vervelen.
Ik pak mijn gitaar van beneden. Als ik weer boven kom ga ik voor de neus van Stephanie staan. Oké, wie doe ik na? Zeg ik. En begin heel raar te spelen en te zingen. , Schrei! Nenenenene..Schrei nogwat.. Schrei Verder kom ik niet, want ik barst in lachen uit. Helemaal omdat ik weet dat Stephanie heel erg fan is van Tokio Hotel.
Nouhou! Kappen! Het is een hartstikke goed nummer. Geef toe, je vindt ze zelf ook goed. Zegt ze. Het gaat. Maar jij mag ze hebben. Hoewel die zanger best sexy is. Zeg ik plagend tegen haar. Dit is echt zo grappig om te doen, haar plagen met haar gevoeligste plekjes. Je blijft van Bill af Hes mine. Zegt ze zacht, maar dreigend.
Snel leg ik de gitaar weg. Kietelgevecht! Roep ik, en begin te kietelen. Dit is eigenlijk een hopeloze strijd, want ik weet dat Stephanie het van me gaat winnen. En ik heb gelijk, na een tijdje lig ik onder Stephanie te schateren van het lachen, terwijl zij me kietelt. Mijn mouw schuift een beetje omhoog, en daardoor is de pret voorbei. Wat heb je daar? Vraagt ze. Oh, niets. Zeg ik. Please, laat haar er niet verder op in gaan. Please, please, please. Jawel. Vertel het nou. Dit is dus echt niet niks. Zegt ze streng. Ik zucht. Nu moet ik het wel toegeven. Best. Jij wilt het weten, dan zal ik het ook even uitleggen. Ik snij me al een half jaar en heb zelfmoordneigingen. Nou blij? Zeg ik een beetje geïrriteerd. Ze kijkt me met open mond aan. Maar, waarom heb je nooit iets gezegd? Vraagt ze. Denk je nou echt dat ik een beetje ga rond roepen dat ik mezelf snijd? Zeg ik. Er valt even een stilte. Wil je me beloven om niet meer te snijden? Zegt ze. Wat? Gaat ze nou echt verwachten dat ik meteen stop? Nee. Ik beloof het niet. Zeg ik. Weten je ouders ervan? Vraagt ze. Nee, natuurlijk niet! Die geven toch niets om me. Zeg ik boos. Als jij doorgaat, dan weten je ouders er binnenkort er wel van. Zegt ze. Wat? Mooi dat je dat niet doet! Roep ik. Mooi van wel. Ga verdomme níº mijn kamer uit! Schreeuw ik. Oké, maar je weet wat ik gezegd heb. Als jij je snijdt, dan vertel ik het aan je ouders. Zegt ze. Ga nu weg! Schreeuw ik. Ik heb gewaarschuwd. Zegt ze voor de laatste keer, en verdwijnt mijn kamer uit.
Morgen zou Stephanie dit vast alweer vergeten zijn. Mooi dat mn ouders dit niet te horen krijgen.
Mijn verlangens komen weer. En het enige wat ik nodig heb zit in de la van mijn bureau.
Ik pak mijn mes er weer uit, en zet een paar grote strepen. Ik bekijk het resultaat en doe er een paar zweetbandjes overheen. Ik ga naar beneden om wat voor de tv te hangen, maar al snel slaat de verveling toe.
Na een hele tijd vervelen zap ik langs een boeiende film, nouja, echt boeiend is ie niet, maar het kan ermee door.
Halverwege de film, wanneer het voor de zoveelste keer reclame is, ga ik een pizza maken. Vanavond komt mn moeder niet thuis, dus ik heb het rijk voor mij alleen.
Wanneer de pizza klaar is, is de film weer begonnen.
Dan maar eten voor de tv.
Rond half 11 s avonds val ik in slaap.
De volgende ochtend word ik door mijn moeder wakker gemaakt. Lisa, je moet weer naar school. Zegt ze. Mwja, ik kom al. Zeg ik, en verdwijn naar boven om me om te kleden. Ik prop mn brood naar binnen en ga naar school.
Op school staat Stephanie al op me te wachten. Ze staat met haar armen over elkaar. Wat?! Vraag ik wanneer ze me aan blijft staren. Heb je je gisteren gesneden? Vraagt ze. Ik zucht. Wat gaat jou dat aan? Vraag ik. Veel. Zegt ze. Ze pakt mijn hand en haalt het zweetbandje een stukje van mijn pols. Als ze de nieuwe krassen ziet, vertrekt haar gezicht.
Je dacht waarschijnlijk dat ik het niet meende dat ik het zou vertellen, maar nog één keer, en ik doe het wel. Zegt ze streng. Het zal wel. Zeg ik en ga alvast naar het lokaal. Gelukkig vallen er vandaag een paar lessen uit.
Ik word echt gek van Stephanie haar gezeur en het groepje van Manon helpt ook niet lekker mee.
Helaas gaat Stephanies gezeur maar door. Dagen lang blijft ze me controleren.
Uiteindelijk ben ik alles helemaal zat!
Het is een regenachtige avond.
Vanmiddag heb ik voor de zoveelste keer gespijbeld. Maar nu is het zo ver.
Ik sta op het dak van een gebouw. Voor de laatste keer kijk ik nog op de klok; half 10.
Er komt een bus de parkeerplaats oprijden.
Eerst stappen er een paar mensen met een camera uit. Dan volgen er vier jongens.
De eerste is best gespierd, geloof ik. Dat kan ik niet zo goed zien. Hij heeft een pet op. De tweede heeft half lang, bruin haar. Ook hij is best gespierd. Dan komt er een jongen met dreads de bus uit, hij draagt wijde kleding en een pet. Hij komt me vaag bekend voor. En als laatste komt er een jongen met zwart, overeind staand haar. Hij is donker gekleed. Wacht eens Die komt me ook al bekend voor.
Er volgen nog een paar mensen.
Na een tijdje hoor ik muziek afspelen binnen in het gebouw.
Maar, dit is een nummer van Tokio Hotel! Daarvan herkende ik die jongens dus. Shit! Dat kan ik dus echt niet gebruiken.
Als ik hoor dat er mensen naar boven komen raak ik een beetje in paniek. Waar moet ik nu heen?
Dan zie ik een hoekje waar ik me voorlopig kan verschuilen.
Een paar mensen zetten de lampen neer. Door het licht zit ik bijna in het zicht voor hun.
Snel kruip ik in een schaduw. Gelukkig het ik zwarte kleding aan, dus ik val niet zo op.
De opnames gaan verder, en ik kijk toe vanuit mijn hoekje. Er staat best veel wind en ik heb geen jas bij me. Stiekem ben ik wel een beetje jaloers op die hoe heet ie ook alweer? Bill? Hij heeft een warme jas aan en krijgt warm drinken. Ik zit hier in een t-shirt. Dan moet ik niezen. Bill kijkt om. Shit. Laat hem niet hier komen, laat hem niet hier komen. Denk ik in mezelf. Te laat, hij komt al. Eh Hoi. Is het enige wat ik uit kan brengen. Hoi.Wie ben je? En waarom ben je hier? Vraagt hij, terwijl hij me overeind helpt. Ehm Ik ben Lisa, en waarom ik hier ben, daar heb ik het nu liever even niet over. Zeg ik. Kom maar uit dit hoekje, hoor. Je mag best kijken, als je daar tenminste zin in hebt. Zegt hij vriendelijk. Oké. Zeg ik een beetje zenuwachtig. Ik ga aan de zijkant tegen de muur zitten. Hoe laat zouden ze stoppen met de opnames? De tijd begint te tikken en ik word ongeduldig. Het lijkt alsof ze mijn gedachtes kan lezen, want er wordt geroepen dat het erop staat. De camera mensen en de jongens van Tokio Hotel gaan naar beneden, behalve Bill. Hij blijft nog even boven. Vertel nou eens eerlijk, waarom ben je hier. Zegt hij. Nou. Ik eh ik wilde gewoon even hier zitten, over de stad heen kijken, niets aan mijn hoofd hebben. Je weet wel. Zeg ik snel. Aha. Zegt hij, en blijft me aankijken. Oké, het is niet zo. Ik ben het leven gewoon zat, en wil er een einde aan maken, maar toen kwamen jullie, en kon ik niet springen. Zeg ik. Je moet ook niet springen. Je hebt nog een heel leven voor je. Het komt vast allemaal goed. Zegt hij. Nee. Het komt niet goed, en ik wil het ook niet meer. Ik wacht al lang genoeg op een oplossing, maar die is er gewoon niet. Zeg ik, en ga op de rand staan. Sorry Bill, maar ik spring wel. Zeg ik, en laat me naar achteren vallen.

Bills pov:
Ze laat zich naar achteren vallen. Ik probeer haar hand nog vast te pakken om haar terug te treken, maar ik ben te laat. Ze valt van het gebouw.
Zo snel als ik kan ren ik naar beneden. Bel een ambulance! Roep ik tegen iedereen. Helemaal beneden aangekomen zie ik haar liggen. Tom komt achter me staan. Bill, de ambulance komt eraan. Maar wat is er gebeurt? Vraagt hij. Ze zag het niet meer zitten. Ik... Ik probeerde haar... haar hand te pakken, maar ik was... te... te laat. Zeg ik zacht.
Nog geen 5 minuten later komt er inderdaad een ambulance aan. Ik vraag aan een van de broeders of ik mee mag in de ambulance. Ze vinden het goed, en snel stap ik in. Tom, Gustav en Georg stappen in de bus die de ambulance naar het ziekenhuis volgt.
Eenmaal in het ziekenhuis wordt Lisa snel naar de operatiekamer gebracht. En wij moeten wachten. Vieren zitten we voor de deur van de operatiekamer. David is ondertussen aan het bellen naar het huis waar Lisa vandaan komt, maar niemand neemt op.
Uiteindelijk komt er een van de doctoren naar buiten met nieuws. Jullie vriendin heeft geen ernstige schade, Mijn gezicht klaart op. , maar helaas is ze door de val in coma geraakt. Het ligt eraan hoe lang dit duurt, maar het kan wel betekenen dat haar hersenen beschadigd raken. Zegt hij. Mijn opgeklaarde gezicht verdwijnt weer. Lisa wordt naar een kamer gebracht waar niemand anders ligt. Nu mogen wij er ook bij. Ik ga naast haar zitten. Het lijkt net alsof ze slaapt, maar helaas is de realiteit heel anders.
Het is al laat, en er wordt gevraagd of we hier willen overnachten of dat we naar huis gaan. Tom, Gustav en Georg besluiten om naar huis te gaan, maar ik wil hier blijven.
Er wordt een bed naast Lisas bed gezet. Nog heel lang blijf ik naast haar zitten. Wanneer ik haar hand omdraai zie ik allemaal krassen op haar armen staan, ze zijn al een tijdje aan het genezen, dus ze heeft gelukkig geprobeerd om te stoppen. Helaas lost ze dat op door van het dak te springen. Nog heel lang blijf ik zo zitten, maar uiteindelijk besluit ik toch maar om te gaan slapen. De volgende ochtend word ik al vroeg wakker. Dat is echt niets voor mij.
Als snel realiseer ik me waar ik ben en waarom. Snel kijk ik of Lisa al wakker is, maar helaas breekt mijn droom als ik zie dat ze nog steeds in coma ligt.
Er lopen allemaal slangetjes van Lisa naar een paar apparaten. Op eentje is haar hartslag te zien. Het gaat heel langzaam, maar het klopt nog.
s Middags komt Tom ook langs om te kijken hoe het gaat, maar er is nog niets veranderd. Ook Gustav komt ook langs. Bill, je weet toch dat dit heel erg lang kan duren? Zegt hij. Ik knik. Het idee dat ze gehandicapt kan worden door de coma verdring ik. Na twee weken wordt ze eindelijk wakker.

Lisas pov:
Ik voel dat ik langzaam weer bijkom. Als ik mijn ogen open is alles wazig. Ik knipper een paar keer met mijn ogen, en dan is alles weer scherp. Waar ben ik? Zeg ik schor. Ik schrik een beetje van mijn eigen stem. Wat is er nou weer gebeurd. Je ligt in het ziekenhuis. Hoor ik iemand zeggen. Ik kijk opzij, daar zit die jongen met dat zwarte rechtopstaande haar. Alleen is het nu plat. Langzaam begint alles weer een beetje tot me door te dringen. Ik wilde van dat gebouw af springen. Het is mislukt he? Zeg ik tegen hem. Ja, gelukkig wel. Zegt hij vriendelijk. Shit. Zeg ik, terwijl ik tegen mijn hoofd wrijf. Ik heb een knallende koppijn.
Bill wil wat zeggen, maar hij denkt even na. Hij besluit het toch te vragen. Waarom wilde je er nou een einde aan maken? Vraagt hij. Mijn leven is gewoon prut. Mijn ouders zijn bijna nooit thuis, en als ze thuis zijn dan maakt het ze geen ene f*ck uit wat er met me aan de hand is. Ik haal heel slechte cijfers, en word op school gepest omdat ik heel vaak zwarte kleding draag. Ze noemen me emo of gothic, maar dat ben ik helemaal niet. Het begon ongeveer een jaar geleden. Ik had een vriend, hij had ook veel problemen thuis en sneed zichzelf. Dit vertelde hij alleen tegen mij, en niemand anders wist ervan. Ik dacht toen nog; dat ga ik dus never nooit doen. Ondertussen had ik die vriend al een tijd niet meer gesproken, maar na zon half jaar vriendschap belde hij me met de mededeling ik kan het niet meer aan, laat dit jou nooit gebeuren, toen hoorde ik een telefoon vallen en wist dat hij er een einde aan had gemaakt. Uiteindelijk kreeg ik steeds meer problemen thuis en op school. En ik begon ook met snijden. Ik merkte dat het hielp. En ik spijbelde vaak. Omdat mijn ouders toch amper thuis waren kwam ik vaak bezopen thuis, en ging de volgende dag niet naar school. Het snijden werd alsmaar erger. Uiteindelijk is mijn vriendin erachter gekomen dat ik me snijd. Daarna is ze me constant gaan controleren. Ik kon er niet meer tegen, en wilde niet meer verder met het leven. En toen ik besloten had om te springen, uitgerekend toen kwamen jullie die clip opnemen. Vertel ik.
Die vriend vergeet ik nooit meer. In die tijd had ik amper vrienden, en ik kon alles bij hem kwijt. Het voelde allemaal zo goed bij hem. Al zouden de meeste mensen hem liever ontwijken omdat hij alcohol, drugs en al dat soort dingen gebruikte om van zijn problemen af te komen. Maar ondanks dat was hij heel erg aardig voor me.
Terwijl ik vertelde had Bill begripvol geluisterd. Hij heeft me niet onderbroken, en net zoals bij die vriend waar ik het net over had kan ik alles bij Bill kwijt.
Even is het stil. Maar na een tijdje word de stilte onderbroken door een zuster die de mededeling heeft dat ik weer naar huis mag. Eigenlijk zit ik daar best tegenop. Dan moet ik weer naar mijn ouders, en naar school, met die irritante huppels. Weer terug in het dagelijkse gezeur.
Bill ziet mijn treurige gezicht. Wat is er Lisa? Vraagt hij. Ik zit er gewoon tegenop dat ik weer naar huis moet. Ik wil niet naar mijn ouders. Zeg ik zacht. Ik voel de tranen achter mijn ogen prikken, maar probeer ze tegen te houden. Jammer maar helaas lukt dat niet.
Bill denkt even na en zegt dan: Heb je heel even? Ik moet even een telefoontje plegen. Oké.
Bill loopt weg, en ik ben alleen in de kamer. Na een tijdje komt hij weer binnen met een mega grote big smile. Wat heb jij nou? Vraag ik lachend aan hem. Ik heb Begint hij, maar wacht expres. Zeg het nou. Zeg ik nogal zeurderig. Oké. Zou jij het leuk vinden om geadopteerd te worden? Vraagt hij. Ja, alles beter dan bij de ouders waar ik nu bij woon. Zeg ik terwijl ik met mijn ogen rol. Hoe zou je het vinden als mijn moeder jou gaat adopteren? Vraagt hij. Echt? Dat zou echt geweldig zijn! Zeg ik blij. Mooi zo, dan moet ik zo even nog eens bellen en dan gaat mijn ma de papieren aanvragen, als jouw ouders tenminste akkoord gaan.
Niet veel later sta ik voor mijn huis, waar ik binnenkort niet meer woon. De zenuwen gieren door mijn lijf, dat komt voornamelijk omdat ik helemaal happy ben dat ik eindelijk bij mijn ouders weg mag.
De deur gaat open, en mijn moeder staart me met een verwaande blik aan. Wat moet je? Snauwt ze. Waarschijnlijk is ze nog pissig door mijn zelfmoordpoging. Mam, je moet even luisteren. Kunnen we even binnen komen? Zeg ik. Ze kijkt Bill minachtend aan. Moet hij ook mee? Ja. Zeg ik kortaf. Ik pak zijn hand en neem hem mee naar binnen. Als mijn moeder de deur sluit, besluit ik om maar gelijk met de deur in huis te vallen. Eigenlijk ben ik hier om je wat te vragen. Zeg ik, wanneer ik merk dat ik de aandacht van mijn moeder niet helemaal heb. Nou, vertel. Zegt ze, en ze laat me praten. Natuurlijk heb ik gemerkt dat ik hier niet gewenst ben, en dat heb je me er goed ingewreven. School werkte ook niet echt mee, maar dat ter zijde. Jullie hebben me nooit veel aandacht gegeven, en alles wat ik deed was in jullie ogen fout. Beide waren jullie vaak weg van huis, en zat ik hier dus in mijn uppie. Even wacht ik. In het ziekenhuis kwam Bill met het voorstel dat zijn moeder mij ging adopteren, maar dat kan alleen als jullie dat accepteren. Dus dat is mijn vraag; ga jij ermee akkoord als ik word geadopteerd? Zeg ik. Even blijft het stil. Best, doe maar, ben ik van je af. Stuur die papieren maar zo snel mogelijk, dan kan ik die tekenen, en dan zijn we klaar. Zegt ze snel. Ik heb de papieren hier, dus u kunt gelijk tekenen. Zegt Bill. Mijn moeder tekent en dat betekend: ik ben van haar af!
Snel pak ik al mijn spullen in, en dan worden Bill en ik naar buiten gebonjourd. Als we een eindje weg zijn van mijn oude huis zeg ik tegen Bill: Zou ze ons nog kunnen horen? Hij kijkt me vragend aan. Ik denk het niet. Hoezo? Ik glimlach. Whaaaaaa Ik ben zo blij! Ik ben verlost! Ik begin helemaal opnieuw met een nieuw leven! En deze keer pak ik het goed aan! Ik spring om zijn nek, en spring dan allemaal rondjes. Bill moet lachen. Na een tijdje zijn we allebei melig. Met gevolg dat we nogal raar over straat lopen te dansen. We worden nagekeken door veel mensen, maar we trekken ons er niets van aan.
Als we voor mijn nieuwe huis staan, en Simone open doet ziet ze aan onze uitdrukkingen wat het antwoord was. Ik zie het al, het is gelukt. Zegt ze. Jaaaaa! Roepen Bill en ik in koor. We omhelzen haar van blijdschap. --- Een maand later --- Ik pak mijn vest van de kapstok en vertrek naar buiten. Het is avond, maar door het warme weer is het nu nog warm. Eigenlijk is het te warm voor en jas, en te koud zonder jas. Ik ga naar buiten, naar een plekje waar Bill en ik wel eens zitten. Na zon 5 minuten gelopen te hebben kom ik bij het gebouw aan. Ik ga er naar binnen, en neem de trap helemaal naar boven. Boven op het dak ga ik zitten. Hier heb je een prachtig uitzicht over de hele stad. Ik kan hier gemakkelijk in gedachten wegzakken, niemand die me stoort. Even sluit ik mijn ogen, maar als ik gerommel hoor besluit ik om toch maar even te kijken wie het is. Eigenlijk wist ik het al, Bill komt ook naar boven, en gaat naast me zitten, en samen kijken we over de hele stad.


Reacties:

Er zijn nog geen reacties op dit verhaal.