Hoofdcategorieėn
Home » My Chemical Romance » Three Cheers for Sweet Revenge » Three Cheers for Sweet Revenge
Three Cheers for Sweet Revenge
Three Cheers for Sweet Revenge
Milan zit op de middelbare school, en is niet erg geliefd bij zijn klasgenoten. Door zijn stijl en door zijn muzieksmaak. Hij weet het wel, maar hij wil er niets aan doen. Simpelweg omdat hij My Chemical Romance wél een goede band vindt. Elke keer als ze een concert in Nederland geven gaat hij ernaartoe. En als ze Nederland overslaan met een tour, dan zou hij zo naar België of Duitsland gaan. Als hij de band maar kan zien optreden.
Niemand lijkt dat te begrijpen. Ze proberen hem weg te pesten, op zijn vorige school is dat gelukt. Maar hij heeft zich voorgenomen dat het geen tweede keer gebeurt.
Milan’s pov:
Weer een andere dag op school. En weer tijd om gepest te worden.
Ik fiets richting school. Afgelopen week heb moest ik mijn fiets weer naar de fietsenmaker brengen omdat ze het op een of andere manier voor elkaar hadden gekregen dat er een slag in mijn wiel zat. En allebei mijn banden waren lek gestoken. Het heeft me aardig wat gekost om het te laten maken, maar nu kan ik er tenminste weer op rijden. Voorlopig.
Als ik op school aan kom trek ik mijn My Chemical Romance-shirt goed en ga naar binnen. Ik steek mijn sleutel in het slot. Het valt me nog mee dat dat lukt, ze hebben er ook al eens kauwgum in weten te proppen, mooi dat mijn kluisje niet meer open ging.
Snel stop ik al mijn boeken in het kleine hokje en doe het deurtje dicht. Op het moment dat ik de sleutel omdraai word ik hard tegen het kluisje geduwd. ‘Verdomme, kap daar nou eens mee.’ Zeg ik tegen Bryan, die er nogal veel plezier in heeft. ‘Mooi niet, jij bent hét ideale slachtoffer. Je doet niets terug, en als het wel zo is, weten we je te vinden.’ Lacht hij. Zijn hele groepje lacht mee, op één iemand na. Dat is me al vaker opgevallen. Ik prop de sleutels in mijn tas en loop weg, maar dan struikel ik. ‘Volgende keer zorgen dat je veters vast zitten.’ Lacht Bryan. Het is me alweer duidelijk wie me heeft laten struikelen, en hoe. Ik krabbel overeind, maak mijn veters stevig vast, en loop weg. ‘Ja hoor, ga er maar weer vandoor. Wacht maar, we laten je nog niet gaan.’ Belooft Bryan. Ik zucht. Alsof ik dat nog niet wist. Met twee stappen staat hij weer voor me. ‘Ah, is Milan weer zielig? Moet je getroost worden?’ Vraagt hij op een zogenaamde “lieve”¯ toon. ‘Nee bedankt.’ Zeg ik kortaf. Bryan knijpt in mijn wang, zoals sommige tantes weleens doen. Dat voel je nog een hele tijd. ‘Getver, Bryan, nu heb je emo-bacillen op je hand.’ Zegt een van de jongens uit de groep. ‘Getver, dat moeten we er snel af halen.’ Zegt hij en smeert het uit over een jack van de jongen die niet met de rest mee lacht, maar wel bij de groep hoort.
Het blijft raar, hij hoort wel bij de groep, maar ze vervelen hem toch.
De bel gaat, en ik moet naar de les. Als ik de gang in wil lopen kan Bryan het niet laten om me nog eens te vervelen. ‘Vergeet je niet iets?’ Vraagt hij. Als ik me omdraai zie ik dat hij mijn portemonnee heeft. ‘Geef het terug.’ Zeg ik. ‘Mooi niet.’ Hij lacht me vierkant uit en houd de portemonnee boven mijn hoofd. Ik graai ernaar, maar kan er net niet bij. ‘Kom op, kan je niet wat hoger springen?’ Vraagt hij. Ik doe allerlei pogingen om dat stomme ding te krijgen. Plotseling horen ze het afdelingshoofd de gang op komen. ‘Wegwezen.’ Zegt Bryan tegen de rest van de groep. Hij laat de portemonnee los, en ze gaan ervandoor. Ik berg het weer op waar hij hoort, met gevolg dat ik dus op de gang sta terwijl ik les heb. ‘Moet jij niet naar de les?’ Vraagt het afdelingshoofd. ‘Ja meneer.’ Zeg ik. ‘En wat doe je nog hier?’ Vraagt hij. ‘Ik…ehm…’ Ik kan hem niet vertellen dat Bryan me pest. Dat heb ik al eens geprobeerd, en dat heb ik die week gevoelt ook. Ik heb me daarna nog een paar dagen ziek gemeld omdat ik niet naar school wilde. ‘Ik hoor het alweer. Kom in de pauze maar naar mijn kantoor. Zo vaak te laat komen kan natuurlijk niet hé. We verzinnen wel een passende straf.’ Zegt hij. ‘Ja meneer.’ Zeg ik. ‘En nu naar je lokaal.’ Zegt hij streng. ‘Oké meneer.’ En ik neem de benen. Daar ben ik weer lekker mee, nog meer problemen kan ik echt wel gebruiken.
Wanneer ik te laat binnenkom krijg ik een hele preek omdat het al de zoveelste keer is. Ik ga veilig achterin in een hoekje zitten. Voor de rest verloopt de les vrij rustig. De les daarop ook. Onlangs dat de hele klas een schijthekel aan me heeft laten ze me voorlopig met rust. Zoals ik al zei, voorlopig.
Nadia draait zich tijdens de les om en schuift een briefje naar me door. Daar is door iemand wat op gekrabbeld, maar het is moeilijk te lezen. Uiteindelijk weet ik het toch te ontraadselen. “Wist je al dat jouw band zelfmoord heeft gepleegd? Moet je er niet achteraan?”¯ Staat er. Ik zucht en prop het briefje op. ‘Als je mijn les toch zo saai vind ga er dan maar gelijk uit.’ Roept de docente. ‘Maar…’ Probeer ik. ‘Eruit!’ Schreeuwt ze. ‘Oké, oké, ik ga al.’ Zeg ik en pak mijn spullen in. ‘En sla niet zo’n brutale toon tegen me aan jongeman.’ Zegt ze. ‘Oké mevrouw.’ Zeg ik en verlaat snel de klas. Een paar mensen zitten te giechelen. Sukkels.
De les is afgelopen. Dus het is tijd om naar de afdelingsdirecteur te gaan. Ik zucht en hijs mijn tas op mijn rug. Eenmaal daar aangekomen klop ik op de deur. ‘Kom binnen.’ Klinkt het vanaf de andere kant. ‘Milan, goed dat je gekomen bent.’ Zegt hij. Wat had ik dan moeten doen? Als ik weg was gebleven was het vast ook niet goed geweest. Hij gebaart dat ik moet gaan zitten, dat doe ik ook. Mijn tas staat naast me tegen de stoel. ‘Ik wilde het met jou hebben over je gedrag. Je leek me een keurige jongen, oké, je kledingsmaak is niet zo keurig, maar we hebben wel meer van dat soort types op school rondlopen.’ Begint hij. Dat soort types? Ik kom niet van een andere planeet hoor. ‘Maar je komt keer op keer te laat. De docenten hebben aan een stuk door klachten over je. En je cijfers gaan erop achteruit. Voor zover dat nog mogelijk is.’ Dat wist ik al, maar dat is niet mijn schuld dat het gebeurt. ‘En ik zag dat je er daarnet alweer uit was.’ Zegt hij. ‘Dat klopt.’ Zeg ik. ‘En wat was de reden daarvoor?’ Vraagt hij. ‘Ik kreeg een briefje, met een niet zo vriendelijke boodschap erop. Ik zuchtte omdat het al de zoveelste keer was, en onze docente vatte het verkeerd op.’ Zeg ik. ‘En heb je dat briefje nog?’ Vraagt hij. ‘Nee, die heb ik ondertussen weggegooid. Als ik die onzin ga bewaren dan heb ik binnen de kortste keren een hele berg van die briefjes.’ Zeg ik. ‘En weet je van wie het briefje afkomstig was?’ Vraagt hij. ‘Nee, het had iedereen kunnen zijn. Hoewel ik wel denk dat het een jongen was, want het was een slordig handschrift. En meestal schrijven meisjes netter. Hoewel ze ook expres slordig kunnen schrijven zodat ze niet gesnapt worden.’ Zeg ik. ‘Dus je geeft gewoon iedereen de schuld?’ Vraagt hij. ‘Nee, ik weet alleen niet wie het is.’ Zeg ik. ‘Aha… En nu even over het te laat komen. Je kunt vanmiddag beginnen met het vuil opruimen rond de school. Je krijgt een vuilniszak en een prikker mee.’ Zegt de afdelingsdirecteur. Ik zucht. ‘Oké meneer.’ ‘Als er iets is kun je het best zeggen. Dat weet je toch?’ Zegt hij wanneer ik opsta. ‘Dat weet ik. Maar de vorige keer is dat niet goed gegaan, en daar trap ik geen tweede keer in.’ Zeg ik en trek de deur achter me dicht.
Die middag sta ik mijn tijd te verdoen met propjes prikken. ‘Hee, Milan, kijk eens wat ik hier heb. Een cadeautje.’ Zegt Bryan. Waarschijnlijk heeft hij de hele inhoud uit de papierbak gehaald. Die ligt nu voor mijn voeten. ‘Bedankt Bryan, erg attent van je. Aardig dat je me bezig houd.’ Zeg ik en prik verder. Lachend gaat hij er vandoor.
Ondertussen zet ik mijn mp3 op. Ik heb expres een goedkope mee naar school, mijn goede Ipod hebben ze al eens gesloopt. ‘You better run like the devil ‘cause they never gonna leave you alone’ Zingt Gerard’s stem. Hmm… Dat weet ik wel, dat ze me nooit met rust zullen laten. Maar weglopen heeft weinig zin. Dat is alleen maar een vorm van zwakte. Ik prik weer verder. De nummers van My Chem laten de tijd sneller gaan. Uiteindelijk komt de conciërge vertellen dat ik kan gaan. ‘Bedankt.’ Zeg ik. Ik pak mijn spullen bij elkaar. Vlak voordat ik de handvaten van mijn fiets pak besef ik me ineens dat dit niet klopt. Ik kijk eens goed. Ze hebben lijm op de handvaten gesmeerd, en mijn ketting ligt eraf. Met een zakdoek haal ik de lijm eraf, dat is zo gebeurt. Nu de ketting nog, dat duurt wat langer, maar doordat ze dat kunstje al vaker geflikt hebben weet ik hoe ik de ketting er redelijk snel weer goed op krijg. Ik stap op de fiets. De handvaten zijn wel nog plakkerig, maar waarschijnlijk lang niet zo erg als daarnet.
Eenmaal thuis vraagt mijn moeder hoe het op school was. ‘Geweldig.’ Zeg ik. ‘Oké, mooi zo.’ Als ze mijn gezicht ziet dan snapt ze dat ik het tegenovergestelde bedoel. ‘Wat is er?’ Vraagt ze. ‘Niets, ze hebben alleen gezorgd dat ik te laat in de les kwam, er bij een andere les uit gestuurd ben, een week lang mag corveeën, mijn ketting eraf lag, ik kennis gemaakt heb met mijn kluisje, dat ik mijn portemonnee bijna kwijt was, en nog meer. Nee hoor mam, het gaat prima. Ik heb het super naar mijn zin.’ Zeg ik en stamp de trap op naar boven.
Eenmaal op mijn kamer zet ik mijn computer aan. Na een paar minuten schalt My Chemical Romance uit mijn speakers. Ik raffel mijn huiswerk af, het is al laat en morgen is het weer vroeg op om naar hel, oh, ik bedoel school, te gaan.
De volgende schooldag gaat net zoals elke dag. De hele dag door zit iedereen hem dwars, voornamelijk Bryan. Maar vandaag staat hij me na school ook nog op te wachten. Ruw pakt hij me bij mijn kraag en duwt me hard tegen de muur. ‘Je hebt ons verraden!’ Zegt hij woest. ‘Ik… Helemaal niet.’ Zeg ik. ‘En hoe weet het afdelingshoofd dan van jouw probleempjes?’ Vraagt hij. Ik denk snel na. Zou mam naar school hebben gebeld? Ik heb geen idee. ‘Ga je nog antwoord geven?’ Vraagt Bryan. ‘Ik weet niet wie het heeft gezegd.’ Brabbel ik. Ik krijg een stomp in mijn maag. ‘Door jou lopen wij kans op schorsing.’ Zegt hij en geeft me een trap in mijn rug. De rest van de groep leeft zich ook uit. Ze roepen van alles naar me, schelden me de huid vol, bezorgen me een schuldgevoel, en ze slaan en schoppen me onophoudelijk. Ze doen er alles aan om me dwars te zitten.
Ik krijg een trap tegen mijn slaap. Eerst zie ik sterretjes, dan word alles langzaam zwart. Het laatste wat me opvalt is dat diezelfde jongen weer niet meedoet. Dan zak ik weg.
Ik word pas wakker in het ziekenhuis.
Eerst lijkt alles een beetje wazig, maar al snel wordt het weer scherp. Ik heb een enorme hoofdpijn. ‘Gelukkig, je bent weer wakker.’ Zucht iemand van opluchting. De stem komt me niet bekend voor. Als ik opkijk zie ik dat het de jongen is die wel bij het groepje van Bryan hoort, maar nooit iets doet. ‘Hé, jou ken ik. Jij zit bij dat groepje van Bryan. Waarom hoor je daar eigenlijk bij? Je doet nooit iets.’ Zeg ik nog steeds wat duizelig. ‘Klopt. Dat zit zo. Toen ik net hier op school kwam had ik al snel door dat wanneer je bij Bryan hoort, je niet wordt gepest. Vandaar. En omdat ik geen zin had om in elkaar geslagen te worden door hem hoor ik bij dat groepje. Maar het liefste wil ik van ze af.’ Bekent hij. ‘Waarom doe je dat dan niet?’ Vraag ik. ‘Als ik wegga, dan is Bryan ook weer wat … Hoe zeg je dat… ego kwijt. Hoe groter zijn aanhang, hoe zelfverzekerder hij is. Snap je?’ Vraagt hij. Ik knik. ‘Dus toen ik zei dat ik wegging omdat ik geen zin had om anderen, waaronder jij, dwars te zitten begon hij me te bedreigen.’ Zegt hij. Zo te zien krijgt hij er al de bibbers van als hij eraan denkt. ‘Oh, vandaar.’ Zeg ik. ‘En ik weet dat ik het nooit met jou helemaal goed kan praten. Ik snap het best als je me haat enzo. Maar ik heb expres niets gedaan. Het enige wat ik heb gedaan is jou hierheen brengen. Daar stonden ze wel even raar van te kijken.’ Zegt hij met een grijns op zijn gezicht. Hij staat op. ‘Ik moet weer gaan. Waarschijnlijk staan ze me ook nog op te wachten.’ Zegt hij. ‘Wacht.’ Zeg ik. Midden in zijn pas houdt hij halt. ‘Bedankt…’ Zeg ik. Hij knikt en gaat ervandoor.
Ik moet nog een paar dagen in het ziekenhuis blijven, want ik heb een hersenschudding. Ik ben eindelijk hoe “die jongen”¯ heet. Julian. Hij komt soms even langs om te vragen hoe het is. Zelf heeft hij nu ook problemen met Bryan.
Eindelijk mag ik weer naar huis. Ik moet het nog wel rustig aan doen, dus naar school gaan kan nog niet. Goh, wat jammer nou… Not.
Ik zet een cd van My Chemical Romance op. Mijn favoriete cd; Three Cheers for Sweet Revenge.
Ik lig op bed en luister ernaar. Er word aangebeld, en ik doe open. Daar staat Julian. ‘Hey. Wat is er met jou gebeurt?’ Vraag ik geschrokken. Hij heeft allemaal blauwe plekken op zijn armen. Zijn kaak is ook dik geworden. ‘Ze hebben een nieuw slachtoffer.’ Zegt hij. Ik neem hem mee naar boven. ‘Ik ga een ijskompresse voor je halen, oké?’ Vraag ik. Hij knikt. Ik storm de trap af. In de vriezer vind ik een ijskompresse. Ik wikkel er een handdoek omheen. Als ik boven kom geef ik het pakketje aan hem. “I never told you what I do for a living”¯ begint. ‘Wat kunnen we doen tegen Bryan?’ Vraagt Julian. ‘Geen idee.’ Zeg ik. Even is het stil, op de muziek na. ‘Docenten doen niets. De klasgenoten interesseert het niets. Ouders heb je ook weinig aan. Het lijkt erop dat we het zelf moeten oplossen.’ Zeg ik. Hij knikt.
‘And never again
And never again
They gave us two shots to the back of the head
And we're all dead now...’ Zingt Gerard.
‘Hmm… Kon dat maar.’ Zeg ik. ‘Kon wat maar?’ Vraagt Julian. ‘Simpelweg een kogel door z’n kop jagen.’ Zeg ik. ‘Ik snap wat je bedoeld. Maar zoiets krijg je echt niet voor elkaar.’ Zegt hij. ‘Inderdaad.’ Ik zucht. Weer even een stilte. ‘Het is te proberen.’ Zeg ik uiteindelijk. ‘Tja, en hoe wil je aan zo’n ding komen?’ Vraagt hij. Ik haal mijn schouders op.
Een paar dagen later hebben we het voor elkaar. Via via hebben we een pistool geregeld. Wel onder een valse naam enzo, maar volgens mij zat die verkoper daar niet zo mee.
‘En wanneer gaan we het dan doen?’ Vraagt hij. ‘Morgen avond.’ Zeg ik. ‘Waarom morgen avond?’ Vraagt hij. ‘Omdat vanavond niet gaat. En morgen is er zo’n feest. Daar zullen veel mensen zijn, ze zullen nooit weten dat wij het waren, want niemand kent ons.’ Zeg ik. ‘Wow, jij hebt dit echt al zitten uitdenken.’ Zegt hij. ‘Nee, ik kijk naar films.’ Merk ik op. ‘Tja, dat was de andere optie.’ Lacht hij.
De avond van het feest is het heel erg druk. Niemand let op elkaar. Ze zijn zo dronken als weet-ik-veel-wat, dus we zullen geen last van ze hebben.
Na een tijdje zien we Bryan de trap op gaan. ‘Dat komt mooi uit, als niemand erbij is, is het beter.’ Zeg ik tegen Julian. We volgen hem stilletjes. Hij gaat een kamer in op de bovenste verdieping. Wij dus ook.
‘Oké, nu is het onze beurt.’ Zeg ik. Julian doet de deur met een knal dicht. Daardoor schrikt de dronken Bryan. ‘Wat?’ Roept hij. Dreigend sta ik daar met het pistool in mijn handen. ‘W…Wat ga je daar mee doen?’ Vraagt hij met grote ogen. ‘Iets wat ik al veel eerder had moeten doen.’ Zeg ik. Ik twijfel. Moet ik dit wel doen? ‘Doe het dan.’ Dringt Julian aan. ‘Oké, oké.’ Zeg ik. Ik haal de trekker over. Twee schoten klinken door de kamer. Daarna volgt een bonk. Bryan zakt in elkaar. Er loopt een straaltje bloed uit zijn hoofd. ‘Three Cheers for Sweet Revenge.’ Zeg ik. Julian en ik geven elkaar een high five, en we maken dat we weg komen.
Ik schrik wakker. ‘Wow… Dat was een heel vage droom.’ Zeg ik tegen mezelf. Ik bedoel, soms zou ik Bryan wel wat aan willen doen, maar zo erg? Dat nooit. Ik draai me om en ga weer slapen. Morgen moet ik nou eenmaal weer naar school, en daar heeft hij vast wel weer wat voor me in petto.
En ’s avonds? Dan ga ik naar een concert van mijn favoriete band; My Chemical Romance.
Reacties:
goed geschreven! echt!
en dat is gwn 1 van de beste albums van hun 'three cheers for sweet revenge'
en die staat tusse me cd verzameling
greetzzxx
Mooi!?!?!?