Hoofdcategorieėn
Home » Twilight » Alice en Jasper » Intrekken
Alice en Jasper
Intrekken
H9: Intrekken
Edward POV
Het was een kille zaterdag voormiddag en Emmett en ik gingen jagen. Omdat we hier nog maar net woonden gingen we voor de eerste keer in het bos in de buurt jagen. We liepen samen tien minuutjes van ons nieuwe huis toen we vonden dat we ver genoeg van de bewoonde wereld waren checkte ik even of er geen mensen in de buurt waren.
“Niemand,”¯ deelde ik Emmett mee. Hij knikte en we gingen jagen. Emmett was aan het worstelen met een beer toen ik iemand mijn naam hoorde zeggen.
“Edward en Emmett zijn hier aan het jagen.”¯ Emmett had het ook gehoord want hij liet de beer voor wat het was en kwam naast me staan. Hij keek me vragend aan, veronderstellend dat ik iets meer wist. Ik luisterde aandachtig naar hun gedachten.
Eindelijk, eindelijk, hoe zou ik ons voorstellen? Gewoon als oude vrienden of beter formeel. Misschien schrikt het hen wel af of zetten ze het op een lopen. Het meisje dat ook had gesproken was aan het piekeren over hoe ze zich ging voorstellen. Ik snapte er niks van maar was wel opgelucht dat ze met goede bedoelingen kwamen. Ik schrok wel dat ze als ze aan ons dacht zich een perfecte voorstelling maakte in haar hoofd, alsof ze ons al eerder had gezien.
Hopelijk vallen ze niet aan, ik zou Alice niet graag zien vechten. Alhoewel ik zal haar zeker verdedigen. Het mannetje dacht dat we hen gingen aanvallen en schetste een mogelijk gevecht in zijn hoofd. Hij had ons duidelijk nog nooit gezien want het beeld dat hij van ons had. Het was meer alsof iemand ons had beschreven en hij er dan zijn eigen versie van had gemaakt.
“Ze zijn met twee en ze komen met goede bedoelingen denk ik toch. Hij is bang dat we hen gaan aanvallen en zij piekert over hoe ze haar gaat voorstellen. Alles wijst erop dat ze ons al eens gezien heeft, alleen heb ik geen idee van waar, want ik heb hen nog nooit gezien,”¯ fluisterde ik zo stil mogelijk tegen Emmett. Hij knikte begrijpend en we gingen klaarstaan. Benen lichtje gespreid, rug gebogen, klaar om een eventuele aanval af te weren. Ze kwamen tevoorschijn, zij stond achter hem en ze keek een beetje bezorgd naar onze verdedigende houding. Ze kneep haar ogen dicht en ik vroeg me af waarom ze dat deed. Ik kon niks opmaken uit haar gedachten, want het waren allemaal flitsen, ons nieuwe huis, zij in gesprek met Carlisle en Esmé. Wat was er aan de hand met haar? Vroeg ik me af.
Ik zal toch iets moeten zeggen, zodat ze ontspannen. Ik zie niets gebeuren dus…
Ze legde zachtjes haar hand op het mannetje zijn schouder en sprak voor het eerst.
“Het is oké, Jasper. Ze zullen niks doen,”¯ zei ze, zonder naar ons te kijken. Hij was er duidelijk niet helemaal op gerust maar ontspande toch een beetje. Ze draaide haar hoofd een beetje zodat ze naar ons keek. Ze glimlachte vriendelijk en Emmett ontspande ook een beetje naast mij.
“Je ziet er nog groter uit in het echt, Emmett,”¯ zei ze grappend. Wow, ik moest eerlijk toegeven dat dit raar was.
??? Edward? Ik knikte bijna onzichtbaar. Wat is dit allemaal, kan ze zichzelf niet eerst voorstellen? Ik vind dit toch maar eng hoor. Emmett dacht precies hetzelfde als ik.
“Sorry,”¯ zei ze weer toen ze onze verbaasde blikken zag, ”¯ik heb me nog niet voorgesteld. Ik ben Alice en dit is Jasper. We komen bij jullie wonen.”¯
Ik snapte er steeds minder van. Ik besloot dat ik beter iets kon zeggen.
“Is het raar als ik hier niks van snap?”¯ vroeg ik nog steeds niet helemaal op mijn gemak door hun onverwachte verschijning. Het was eigenlijk best eng, Jasper stond vol littekens waardoor hij er gevaarlijk uitzag. Alice wist alles van ons en het leek alsof ze zelfs al in ons huis was geweest.
Alice lachte vrolijk. “Geen probleem, we leggen het straks wel eens uit. Ik denk dat we eerst eens naar jullie huis gaan zodat we Carlisle en Esmé kunnen spreken.”¯
“Oké,”¯ stamelde ik, “Euh, wij komen straks wel.”¯ Jasper knikte, nam Alice’s hand en ze waren weg.
“Dat was raar,”¯ zei Emmett toen ze uit ons gehoorveld waren verdwenen. Ik knikte instemmend. “Gaan ze nu echt naar ons huis? Hoe weten ze het eigenlijk zijn? En hoe wist ze onze namen?”¯ vroeg Emmett aan mij alsof ik het allemaal moest weten.
“Geen idee. Volgens mij heeft die Alice een speciale gave,”¯ antwoordde ik bedenkend.
“Laten we ook naar huis gaan, ik ben er niet gerust op. Wat als ze Carlisle en Esmé aanvallen of Rose!”¯ riep Emmett bezorgd uit.
“Rustig Em, ze hadden geen slechte bedoelingen.”¯ Ik probeerde hem wat te kalmeren.
“Dat weet je niet zeker, misschien dachten ze er gewoon niet aan.”¯
“Ze wisten niet dat ik hun gedachten kan lezen dus ze kunnen niet met opzet aan iets anders gedacht hebben. Esmé, Carlisle en Rose kunnen wel voor zichzelf zorgen. Ik wil nog 1 iets vangen want ik ben nog niet voldaan en we moeten het bewijs nog opruimen.”¯
“Oké,”¯ gaf hij aarzelend toe. Ik hoorde hoe hij aan Rosalie dacht en begreep niet goed waarom hij zo bezorgd was. Ik zou zelf eerst verliefd moeten worden om het te snappen waarschijnlijk.
“Kom, we gaan,”¯ zei ik nadat we nog gejaagd hadden en al het bewijs hadden opgeruimd
Alice POV
Na tien minuutjes rennen kwamen we bij een groot huis. Het was meer dan 2 kilometer van de weg en goed verstopt tussen de bomen. De gevel was klassiek met raamkozijnen in donker hout en een grote, zware deur in hetzelfde donkere hout. Ze moeten ons horen komen hebben want net toen ik wilde kloppen ging de deur open. Toen ze helemaal open was zag ik Carlisle voor het eerst, hij droeg een simpel grijze T-shirt en een lichte broek. Hij glimlachte vriendelijk maar ik zag de vraagtekens duidelijk in zijn ogen. Achter hem stond de mooiste persoon die ik ooit had gezien, Rosalie. Ze was nog mooier in het echt en ik keek bang naar Jasper maar die leek niet onder de indruk van de bloedmooie vampier die voor ons stond. Ze droeg een rode bloes en een strakke jeans broek met daaronder rode naaldhakken. Ik was onmiddellijk verliefd op haar schoenen, als ik die maar eens mocht lenen. Naast haar stond Esmé, ‘de moeder’ van de familie. Ook zij had stijlvolle maar toch simpele kleren aan en lachte vriendelijk.
“Hallo,”¯ zei Carlisle vriendelijk, “kunnen we jullie helpen?”¯
“Hallo, ik ben Alice en dit is Jasper,”¯ stelde ik ons voor, de tweede keer vandaag. “We hebben al kennis gemaakt met Edward en Emmett, ze gingen niet lang meer weg zijn.”¯ Liet ik er met een glimlach opvolgen.
“Oh,”¯ was het enige dat hij kon uitbrengen.
“Zouden we binnen mogen komen, Carlisle?”¯ vroeg ik. Ik hoopte dat het niet onbeleefd overkwam dat ik mezelf uitnodigde.
“Natuurlijk,”¯ het was Esmé die antwoordde. We liepen binnen in de hal en door de deur kwamen we in een ruime woonkamer. Esmé en Carlisle gingen in een zetel zitten en gaven teken naar ons dat we ons ook mochten zetten. Ik nam Jaspers hand en we gingen rechtover hen zitten. Rosalie ging op de grond voor Esmé zitten, haar benen gekruist. Carlisle keek naar mijn ogen en hij moest verbaasd geweest zijn over wat hij daar zag want zijn mond ging open en dicht als een vis. Hij wist precies niet goed wat zeggen.
“Je… je do… drinkt geen mensenbloed?!”¯
“Nooit gedaan,”¯ antwoordde ik trots.
“Hoe?”¯ Zijn vraag was kort maar duidelijk.
“Door jou,”¯ hij keek me raar aan en wilde iets zeggen maar ik ging gewoon verder. “Als jullie even tijd hebben, dan vertel ik hoe het komt en waarom we hier zijn. Het is een lang verhaal.”¯ Ze knikten alledrie en ik begon te vertellen. Ik vertelde het hele verhaal en ze onderbraken me geen enkele keer. Toen ik klaar was nam Esmé ons mee naar boven en liet ons alle kamers zien. De mooiste was die van Edward. Er was een groot raam dat uitkeek op een kleine rivier en waardoo het licht rijkelijk naar binnen stroomde.
Esmé zag mijn reactie. “Dit kan jullie kamer worden, Edward zal het wel niet erg vinden,”¯ zei ze met een glimlach. Het verbaasde me hoe snel ze ons al opgenomen hadden in de familie en hoe snel ze ons vertrouwden. Ik knikte net iets te enthousiast. Samen met Carlisle en Rosalie verhuisden we alle spullen van Edward naar de garage. Hij kon dan zelf nog kiezen welke andere kamer hij wilde. We waren net klaar toen Emmett en Edward thuiskwamen.
“waarom hebben jullie mijn kamer leeggehaald?”¯ vroeg hij aan Carlisle, nog voor die iets zei knikte Edward begrijpend. “oh, ik snap het al, geen probleem. Helpen jullie me dan wel even om mijn spullen terug naar een andere kamer te verhuizen?”¯ ik was blij dat hij niet boos was.
We waren terug thuis en ik dacht er opeens aan dat onze auto nog steeds op de kleine parking stond waar we hem hadden achtergelaten.
“Ik ga er wel even om,”¯ zei Edward als reactie op mijn gedachten. Edward kon dus gedachten lezen. We waren veel te weten gekomen over de Cullens en nadat ze allemaal hun verhaal hadden verteld waren Esmé en ik naar een meubelwinkel geweest om onze kamer in te richten. Ze stond er op alles te betalen, als een welkomst cadeau had ze gezegd. Ik vond het niet eerlijk, ze namen ons zomaar in huis en betaalden dan ook nog eens alles, maar ik kon haar niet ompraten. Ik gooide de sleutels naar Edward en hij was weg. Ik nam Jaspers hand en we gingen samen naar onze nieuwe kamer. Ik had ze gezellig ingericht. In het midden van de kamer stond een groot bed, de vloer werd bedekt door een zacht tapijt. Eén van de muren was volledig in beslag genomen door en kleerkast die nog gevuld moest worden. Tegen de ander muur stond een boekenkast en een tafel. De bruine gordijnen pasten bij de lichte muren en het tapijt en gaven de kamer iets warm. Ik plofte op het bed en schopte mijn schoenen uit. Jasper deed hetzelfde en ik krulde me op tegen zijn borst. Buiten was het donker op een handje vol sterren na. Jasper woelde liefdevol door mijn haar en ik zuchtte blij. Ik was volstrekt gelukkig en wou eeuwig blijven waar ik was.
verderrrr !