Hoofdcategorieën
Home » Overige » Tears on my guitar » Deel 28: Tears on my guitar
Tears on my guitar
Deel 28: Tears on my guitar
Wanneer ik doodmoe thuis kom, staat er iemand me op te wachten die ik niet verwacht had. Max zit voor de tv en zapt wat rond zonder echt iets te volgen. Ik had onderweg mijn gedachten nog kunnen controleren en geprobeerd om niet constant met hem in mijn hoofd te zitten, maar nu kan dat natuurlijk niet meer. Alle gedachten en vreemde gevoelens in mijn buik komen in een grote vlaag terug. Ik moet even slikken terwijl ik alles maar op me laat afkomen.
De beelden en het gesprek van vanmiddag komen terug en ik herinner me weer goed hoe ik me voelde toen Max vertrok. Die herinneringen probeer ik opzij te duwen zodat ik me kan concentreren op wat belangrijker is. Nu, het heden. Ik wil weten of ik echt verliefd ben op Max of dat het één of andere vreemde fase is waar ik in zit.
Nog geen minuut is voorbij gegaan. Max staat lachend op en komt naar me toe. Hij wandelt op zijn manier door de living. Iets waar ik vroeger nooit op had gelet. Zijn bruin haar staat zoals gewoonlijk alle kanten op en in zijn kastanjekleurige ogen zie ik kleine pretlichtjes.
Hij neemt mijn hand vast en sleurt me mee naar mijn eigen kamer. Meer dan anders voel ik de warmte van zijn hand dat me zo voorzichtig, maar toch leidend vast neemt. Ik volg hem gedwee en probeer ondertussen de waas voor mijn ogen weg te krijgen. Wanneer we zo dadelijk mijn kamer binnenkomen, moet ik mijn masker weer opzetten. Max mag niet de kans krijgen om door me heen te kijken, maar zelf moet ik daar wel de kans voor krijgen. Ik moet mezelf kunnen doorgronden en kunnen uitvissen of mijn gevoelens voor Max oprecht zijn. Ik moet acteren, mezelf zijn, liegen, alles in me opnemen en elk gevoel analyseren op hetzelfde moment, niet zo’n makkelijke opgave dus.
Op mijn kamer laat Max zich meteen op mijn bed vallen en settel ik me in het raamkozijn. Het is al laat. De avond begint te vallen, de bloemen gaan slapen en vogels kruipen terug in hun nesten. Ik heb nog niet gegeten, maar heb geen honger. Ik ben doodmoe, maar wil niet slapen. Ik heb zoveel vragen, maar wil niet praten. Uiteindelijk is Max degene om de stilte te verbreken.
‘Vertel, hoe was je eerste werkdag?’ vraagt hij benieuwd. Ik begin te vertellen en ben blij dat mijn stem normaal klinkt. Mijn verhaal vertel ik enthousiast, maar vanbinnen ben ik dat niet. Ik heb plots zo’n zin om in tranen uit te barsten. Om te huilen en getroost te worden en wie zou er daar beter geschikt voor zijn dan Max? Niemand. Max is de persoon die me kan troosten wanneer ik voor anderen ontroostbaar ben, maar niet vandaag. Ik slik voor de zoveelste keer vandaag mijn verlangens en daarbij de tranen weg en focus me op ons gesprek.
Max is net zoals ik blij dat alles vandaag zo vlot en leuk verlopen is, maar nog steeds heeft hij geen woord gerept over zijn date. Hij lijkt de Max van altijd, alsof er helemaal geen date was en er niets is gebeurd. Ik luister maar half naar zijn commentaar. Zijn zinnen zijn voor mij losse woorden die het ene oor in vliegen en het andere weer uit. Ik let niet op wat hij vertelt, maar hoe hij het vertelt. Ik scan hem als een soort detector zou doen. Ik kijk als nooit te voren in zijn prachtige ogen, laat me betoveren door zijn lach en zie hoe hij met zijn handen bewegingen maakt terwijl hij vertelt. Ik zou willen dat ik ook door hem kon zien. Dat ik kon zien of zijn hart een tikkeltje sneller slaat als anders, of in zijn buik dezelfde vreemde gevoelens zweven als in de mijne, maar het allerliefst zou ik zijn gedachten kunnen lezen. Zou het weten dat ik niet aan het opletten ben? Zou hij zien dat ik iets voor hem achter hou? En vooral, wat dacht hij over zijn afspraakje?
‘Fi! Luister je wel?’ roept hij plots en zwaait met zijn hand voor mijn ogen. Ik word wakker uit mijn droomwereldje en tover een lach om mijn mond.
‘Sorry, wat zei je?’
‘Ik vroeg of we morgen iets gaan doen na je werk,’ herhaalt hij zijn vraag. Ik probeer niet te verdwalen in zijn ogen en antwoord.
‘Ja, goed idee. Ik bel je van zodra ik thuis ben.’ De gedachte om met Max weg te gaan maakt me blij en bang tegelijk. ‘Hoe was je afspraakje deze middag?’ gooi ik eruit voor ik het zelf weet. Max aarzelt even, maar begint dan toch te praten.
‘Sorry, dat ik er niets eerder over heb gezegd, maar je was zo druk bezig en ik..sorry.’
‘Het geeft niet. Vertel, hoe wast het? Met wie? Wat hebben jullie gedaan? Ik wil details!’zeg ik nieuwsgierig. Voor Max lijkt mijn enthousiasme echt, maar dat ik het helemaal niet. Ik ben gewoon bang voor zijn antwoord.
‘Wel, we zijn gaan picknicken en het was leuk. We hebben veel gepraat en gelachen, je kent het wel.’ Ja ik ken het inderdaad.
‘En? Is er iets meer?’ vraag ik met een bang hart dat tegen een abnormaal tempo tegen mijn borst klopt.
‘Van haar kant wel, dat was wel duidelijk.’
‘En van jou kant?’ waarom moet ik zoveel moeite doen om die woorden over mijn lippen te krijgen, waarom kan hij niet gewoon zeggen hoe het zit?
‘Ik denk het wel. Het is lang geleden dat ik me zo bij een meisje heb gevoeld, behalve bij jou dan.’ Een soort mes steekt recht door mijn hart. Niet zomaar een gevoel van jaloezie overvalt me maar veel meer. Ik voel duidelijk veel meer voor Max dan alleen vriendschap. Ik kan de pijn niet verbijten, hoe hard ik ook probeer. Waarom moest dit gebeuren? Waarom moest ik verliefd worden op mijn beste vriend? Ik voel hoe tranen zich in mijn ooghoeken vormen, maar ik knipper ze net op tijd weg.
‘Fi, wat is er?’ vraagt Max bezorgd. Hij had die opkomende tranen blijkbaar wel opgemerkt.
‘Niets, ik ben gewoon moe.’ hij kijkt me nog steeds doordringend aan, maar ik wend mijn blik af. ‘Echt waar ik ben zo moe en er zat even een wimper in mijn oog,’ probeer ik zo overtuigend mogelijk te zeggen. Het doet zo’n pijn om tegen hem te liegen, maar hij gelooft mijn leugen en vraagt niet verder. ‘Dus je…bent verliefd?’
‘Fi, dat is zo’n meisjespraat! Maar ja, oké ik heb gevoelens voor haar.’ het mes in mijn borst wordt dieper gestoken. Ik slik. ‘Fi, ga slapen. Je ziet er niet uit.’ Max kruipt naar me toe en drukt een kus op mijn voorhoofd. Een rilling verspreid zich over mijn lichaam. Ik mag van geluk spreken dat hij voor de eerste keer in mijn leven niet ziet wat er echt aan de hand is. Of misschien wil hij het niet zien.
‘Slaap goed, droom zacht en ik zie je morgen,’ zegt hij lief en verlaat mijn kamer dan. Even later hoor ik hoe de voordeur dicht valt. Ik kom uit het raam en laat me in een kussen vallen terwijl de tranen over mijn wangen stromen. Ik kan ze niet meer bedwingen en laat alles eruit komen.
Wat moet ik nu doen? Ik ben verliefd op mijn beste vriend en kan het hem niet vertellen want dan verpest ik zijn geluk met dat meisje. Nu pas herinner ik me dat Max helemaal niet gezegd heeft wie de gelukkige was. Wat was daar nu weer de reden voor? Ik draai me op mijn zij, trek mijn benen op en neem mijn kussen stevig vast. De pijn vanbinnen is ondragelijk en het liefst van al zou ik willen dat ik niets voelde. Geen pijn, geen verdriet en geen gevoelens voor Max.
Zo blijf ik een hele tijd liggen. Op een bolletje met de tranen die niet te stoppen zijn. Ik denk dat ik bijna een uur aan een stuk door huil, voordat ik mezelf weer kan controleren. ‘Wat lig je hier nu te huilen als een klein kind’ zeg ik boos tegen mezelf. Ik ga weer recht zitten, leunend tegen de muur, maar het kussen nog steeds als steun in mijn armen. De pijn in mijn borst is nog steeds niet verzwakt en de gevoelens van liefde, jaloezie, verdriet en pijn vormen een grote knoop in mijn buik, als een soort gezwel dat zoveel plaats inneemt dat er geen plaats meer is voor iets anders.
Er zijn zoveel vragen die door mijn hoofd spoken. Waarom? Is de voornaamste. Terwijl ik voor me uit staar met mijn ogen waarschijnlijk nog rood doorlopen denk ik na over vanmorgen. Max had gezegd dat hij de namiddag liever met mij had doorgebracht, zou dat iets betekenen? Zou hij misschien toch mijn gevoelens delen? Maar waarom was hij dan verliefd geworden op iemand anders? De gedachte dat er misschien helemaal niemand anders was, vliegt door mijn hoofd. Zou Max liegen tegen me om me jaloers te maken. In een seconde vormt het antwoord zich al in mijn hoofd: nee. Max zou nooit tegen me liegen, Max is een betere vriend voor mij dan ik ben voor hem. Ik zou blij moeten zijn voor hem. Ik zou hem zijn geluk moeten gunnen met dat meisje, maar ik kan het niet laten om te wensen dat ik dat meisje was.
Ik blijf onze meest recente gesprekken in mijn hoofd herhalen en bekijk de film die voor mijn ogen voorbij glijdt op een andere manier. Voor het eerst lijk ik in elke herinnering een ‘teken’ te zien dat Max misschien ook iets voor mij zou voelen, maar ik weet dat die hoop tevergeefs is. Ik begrijp nu wel waarom iedereen altijd dacht dat we en koppel waren, of vond dat we een koppel moesten vormen. Mijn leven lijkt uit dit gezichtspunt heel sterk op een romantische film, maar met een dramatisch einde.
Ondanks dat Max net zijn liefde voor een ander meisje verklaard heeft, kan ik niet stoppen met hopen dat er ergens diep in zijn hart een stukje van mij houdt als meer dan een gewone vriendin. We kennen elkaar al zo lang, zouden die gevoelens bij hem ook niet aan het groeien zijn? Hoe meer ik erover na zit te denken, hoe miserabeler is me ga voelen. Ik besluit om morgen de opname af te bellen. In deze toestand kan ik met niet de volle 100% inzetten en kan ik dus zeker geen nummer opnemen. Onze song kan nog wel een dagje wachten. Of ik ook mijn afspraak met Max af zal bellen, weet ik nog niet. Vandaag geloofde hij mijn leugens wel, maar wie zegt dat ik morgen mijn masker op kan houden en hem niet zomaar huilend in de armen vlieg? Maar langs de andere kant, wil ik hem zo graag weer zien. Wil ik zijn aanwezigheid voelen en erdoor getroost worden.
Ik sta op en neem mijn akoestische gitaar in mijn armen. Ik heb nog geen idee wat ik ga spelen, maar wacht tot de inspiratie komt. Ondertussen overloop ik mijn opties. Er zijn geen opties. Ik kan Max vertellen over mijn gevoelens, hem hierdoor in de war brengen en zijn geluk met dat meisje afnemen, een optie die het dus duidelijk niet wordt. De andere keuze die ik kan bedenken is dat ik hem niets zeg. Dat ik alles aan me voorbij laat gaan, de gevoelens zullen uiteindelijk wel verdwijnen, of hopelijk toch vervagen en zo kan Max gelukkig zijn. Voor mij zal het niet gemakkelijk zijn, maar Max’ geluk gaat boven dat van mij.
Mijn vingers bewegen over de snaren wanneer ik weet welk lied ik nu wil spelen, welk lied ik nu wil horen en zingen. Ik begin met het spelen van ‘Teardrops on my guitar’ van Taylor Swift. Het is het enige lied dat mijn gevoelens van dit moment perfect kan weergeven. Een zelfgeschreven song waarschijnlijk nog een beetje beter, maar ik heb niet de kracht om zelf naar de woorden te zoeken die uitdrukken wat ik vanbinnen voel. Wie weet, lukt het me morgen wel, maar vandaag neem ik genoegen met een cover.
Ik vond dit lied altijd al prachtig, maar had nooit gedacht dat ik het op een dag ook nodig zou hebben. Terwijl ik speel en zing lopen tranen geruisloos over mijn wangen. Een beetje van de pijn vloeit er samen mee weg, maar het is niets vergeleken met wat er nog in me achterblijft.
Na het liedje een paar keer achter elkaar gespeeld te hebben, zijn mijn tranen op. Er loopt geen zout water meer over mijn wangen en ik heb mijn ademhaling weer helemaal onder controle. Ik berg mijn gitaar op, doe mijn pyjama aan en kruip onder de lakens. Het raam staat nog steeds open en de wind blaast een fris briesje naar binnen. Ik ril en kruip gewoon wat dieper onder de dons. Mijn ogen zijn moe door het wenen, maar mijn hoofd werkt nog op volle toeren en het duurt dus een tijdje voor in eindelijk echt moe begin te worden. Ik trek het deken dichter tegen mijn borst wanneer ik me voel wegglijden in een diepe, maar waarschijnlijk onrustige slaap.
waahh verder
Xxx