Welkom op FanFic.nl

De Nederlandse website waar je fanfiction kunt lezen én schrijven.

Nu on-line: (0)

Home » Overige » Bermuda Triangle » Hoofdstuk 1.2

Bermuda Triangle

10 okt 2009 - 9:53

1317

3

208



Hoofdstuk 1.2

2e deel.

De grot leek een perfecte overnachtingsplek. Hij was niet heel diep, vrij beschut en voor de opening van de grot was een open plek waar ze makkelijk een kamp konden opslaan. Connor en Ben hadden twee boomstronken weten te verslepen die dienst konden doen als bank, en nu waren ze bezig houd te sprokkelen voor een vuurtje. Tevens waren ze op zoek gegaan naar een bron van zoet water. Kat en Solegna daarentegen waren met zijn tweeën op zoek gegaan naar eten. Solegna was dolblij geweest en had gezegd dat ze de grootste vriendinnen zouden worden. Kat had alleen maar met haar ogen gerold. Het enige wat zij af en toe deed was een sarcastische opmerking maken tegenover Solegna’s vrolijke gekwebbel.
‘En toen zei Christina: “Hoe kun je zo blijven lachen?”ť En toen zei ik: “Omdat ik een schijnheilige trut ben.”ť’
‘En dat meende je natuurlijk met heel je hart?’ vroeg Kat, nadat ze het zoveelste verhaal over Solegna en haar vriendinnen had gehoord. Solegna gaf haar een vuile blik, en dit gaf Kat voldoening.
‘Anyway,’ begon Solegna weer. ‘Christina vond het geweldig.’
‘Zoals iedereen je geweldig vindt, neem ik aan?’
‘Wat is jou probleem?’ vroeg Solegna daarop. ‘Je doet zo negatief.’
‘Vind je het gek? We zitten hier vast op een onbewoond eiland, en alles waar jij over praat ben je zelf!’ antwoordde Kat aan Solegna.
‘Ja!’ zei Solegna. ‘Maar er daar is ook zoveel over te vertellen! Goed, dat jij niets wilt delen, dat ligt aan jou.’
‘Goed, het ligt aan mij,’ zei Kat spottend. ‘Gelukkig hebben we dankzij jou morgen eten.’ Solegna keek haar niet begrijpend aan. ‘Je praat als een kip zonder kop, dus ik neem aan dat je ook eieren gaat leggen.’
‘Oh, krijg toch wat!’ riep Solegna. Ze hield haar mond en stapte zo goed en zo kwaad het ging voor Kat uit. Een tijdje liepen ze zwijgend verder, en Kat was tevreden. Zo kon ze even rustig nadenken. Er moesten nog wat dingen gedaan worden als ze terug kwamen bij het kamp. Er moest nog een aandachtsteken gemaakt worden, bijvoorbeeld. En ook nog…
‘Weet je, ik voel me net een idioot op hakken in de jungle,’ begon Solegna weer. Kat zuchtte geïrriteerd.
‘Weet je, je bent een idioot op hakken in de jungle,’ gaf ze als antwoord terug. Solegna keek alleen maar terug met een blik van onbegrip. Hoe kon dat meisje zoveel negatiefs bevatten? Solegna kon er niet bij. Wat was er met Kat aan de hand? Omgekeerd vroeg Kat zich af wat Solegna bezielde om zoveel over zichzelf te praten. Uiteindelijk lieten ze allebei hun gedachtes varen toen ze bij een boom kwamen waar veilig uitziende vruchten in hingen.
‘Laat mij maar,’ zei Kat, terwijl ze haar armen al uitstak naar de onderste tak. Terwijl ze steeds hoger klom, riep Solegna allemaal aanwijzingen en moedigde ze haar aan. Toen Kat helemaal boven was, bleef ze even hangen.
‘Gaat het?’ vroeg Solegna bezorgd. Kat knikte alleen maar.
‘Kun je vangen?’ vroeg Kat. Solegna knikte. ‘Goed. Komt ie.’ Ze had een rode vrucht geplukt en liet deze vallen. Behendig ving Solegna hem op. ‘Je kunt nog echt vangen ook,’ zei Kat verbaasd.
‘Ik kan nog wel iets,’ zei Solegna met een grijns. ‘Hup, gooi er nog een. Hoe meer we er hebben, hoe beter.’ Voor deze ene keer luisterde Kat maar al te graag naar Solegna. Ze plukte nog meer heerlijk geurende vruchten, liet deze vallen, en Solegna ving ze op. Toen ze allebei meenden dat ze er genoeg hadden, klom Kat weer naar beneden.
‘Jezus, dat was echt goed. Ik snap niet dat je het durfde,’ zei Solegna toen ze beneden was. Kat haalde haar schouders op.
‘Het stelde niets voor. Kom op, laten we gaan.’
Het lukte hen om zonder ruzie terug bij het kamp te komen. Ze hadden allebei genoeg aan hun eigen gedachten. Solegna keek met een trieste blik voor zich uit. Voor het eerst sinds ze die middag waren aangemeerd op het eiland, dacht ze aan haar familie, die op de boot had gezeten. Nu waren ze weg. Iedereen was weg, behalve zij vier. Solegna beet op haar lip. Ze besloot dat ze er niet aan wilde denken. Ze wilde niet huilen, niet de moed in de schoenen laten zakken. Zeker niet in het bijzijn van Kat, die er zo goed als geen moeite mee leek te hebben. Toen ze terug waren in het kamp, ging Solegna op een boomstronk zitten en staarde ze wezenloos voor zich uit. Kat zag het wel, maar sloeg er geen acht op. Misschien omdat ze zich er niet voor interesseerde, bedacht Solegna. Of misschien omdat ze er niet mee weet om te gaan. Misschien omdat ze aan de cocaïne verslaafd was en nu afkickverschijnselen vertoonde en daarom alleen in zichzelf geïnteresseerd was. Solegna wist het niet.
Kat scharrelde wat rond in de grot. Ze had wat grote bladeren gevonden bij een boom, en had deze mee gesleept. Ze legde ze neer in verschillende posities, maar kon niet beslissen wat de beste manier zou zijn om in slaap te vallen. Wat maakte het ook uit. Uiteindelijk smeet ze de bladeren maar gewoon ergens neer, dan konden de anderen zelf bepalen waar ze wilden slapen. Ze kwam naar buiten, en zag Solegna emotieloos voor zich uit staren. Kat ging naast haar zitten. Ze schoof wat zenuwachtig op en neer met haar voet. Ze wist niet goed wat ze moest doen. ‘Gaat het?’ vroeg ze toen maar. Solegna antwoordde niet. Ze bleef maar voor zich uit kijken. Kat vatte dit op als een nee, ik wil er niet over praten, en hield dus zelf ook haar mond. Enkele stille momenten schoven voorbij. Typische junglegeluiden waren te horen. Het krassen van krekels, onheilspellende geluiden, het kraken van bladeren. En het kraken van takken in de bosjes.
‘Wat was dat?’ veerde Solegna op. Meteen stond ze stijf van schrik.
‘Rustig maar, wij zijn het,’ klonk Bens stem vanuit de bosjes. ‘We hebben hout.’
‘Veel hout,’ voegde Connor daar aan toe. De jongens kwamen te voorschijn en sleepten hun hout naar de plek tussen de twee boomstronken in. Het was inmiddels al een hele berg.
‘Nou, het is in ieder geval genoeg,’ zei Kat spottend.
‘We hebben ook nat hout,’ zei Connor trots. ‘Dat rookt. Zo hebben we een signaal.’
‘En je weet zeker dat je ons niet uit die grot gaat roken?’ vroeg Kat.
‘Nope,’ antwoordde Ben. ‘We hebben al een plaats gemaakt op het strand waar het signaal vuur kan worden aangestoken.’
‘Geweldig!’ kraaide Solegna. Haar triestheid was verdwenen als sneeuw voor de zon. ‘Dat hebben jullie goed gedaan!’ Ze keek naar Connor en Ben met de meest meisjesachtige glimlach die Kat ooit had gezien. Maar Kat kon zelf ook een glimlach niet bedwingen. Het leek allemaal te gaan werken. Ze zouden kunnen overleven in het bos. Althans voorlopig. De dieren zouden bang zijn voor het vuur, ze hadden voedsel, er zou een seinteken komen. Het enige probleem zou water zijn. Ze hadden nog altijd geen bron van zoet water gevonden. De vruchten zouden hun dorst wel een beetje lessen, maar ze zouden ook drinken moeten hebben. Maar dat was niet het enige.
Er was nog een gevaar waar noch Kat, nog een van de andere drie iets vanaf wist. Het verschool zich diep in de jungle, maar het had hen geroken, en kwam op hen af. Het loerde naar hen, vanuit een beschutte plek, klaar om aan te vallen. En geen van allen hadden ze hier enig idee van. Het was gevaarlijker dan een gebrek aan water. Gevaarlijker dan de hele jungle. En het kwam op hen af.
Ineens kraakte er weer iets in de bosjes. Direct waren ze alle vier op hun hoede.
‘Wat was dat?’ vroeg Solegna verschrikt.
‘Deze keer zijn wij het niet,’ verdedigde Ben zich.
‘Ze vroeg niet wat het niet was. Ze vroeg wat het wel was,’ zei Kat. Daarop zwegen ze allemaal, en keken ze indringend naar de bosjes. Iets zat daar, klaar om aan te vallen.


Reacties:


Astarte
Astarte zei op 16 sep 2009 - 14:24:
Humor! Al moest ik niet echt hardop lachen, want dat die ik maar zelden bij verhalen, en nu is er ook nog het probleem dat als ik lach, pijn heb xd

Maar, i like it, as usual.


missxangel
missxangel zei op 15 sep 2009 - 23:03:
Omg, je verhaal is echt leuk!!
En ook vrij melig met sommige stukjes!!
Ga please verder!!!
xx.


Juliette
Juliette zei op 15 sep 2009 - 21:04:
Hii!
‘Anyway,’ begon Solegna weer. ‘Christina vond het geweldig.’
‘Zoals iedereen je geweldig vindt, neem ik aan?’
‘Wat is jou probleem?’ vroeg Solegna daarop. ‘Je doet zo negatief.’
‘Vind je het gek? We zitten hier vast op een onbewoond eiland, en alles waar jij over praat ben je zelf!’ antwoordde Kat aan Solegna.
‘Ja!’ zei Solegna. ‘Maar er daar is ook zoveel over te vertellen! Goed, dat jij niets wilt delen, dat ligt aan jou.’
‘Goed, het ligt aan mij,’ zei Kat spottend. ‘Gelukkig hebben we dankzij jou morgen eten.’ Solegna keek haar niet begrijpend aan. ‘Je praat als een kip zonder kop, dus ik neem aan dat je ook eieren gaat leggen.’

Daar ging k meerdere keren plat.

‘Weet je, ik voel me net een idioot op hakken in de jungle,’ begon Solegna weer. Kat zuchtte geïrriteerd.
‘Weet je, je bent een idioot op hakken in de jungle,’ gaf ze als antwoord terug.

Weer plat