Hoofdcategorien
Home » Overige » SF's van Yarsea » Ik wacht tot het einde.
SF's van Yarsea
Geschreven door:
Onderdeel van:
Laatst bijgewerkt:
13 dec 2009 - 15:48
Aantal woorden:
1175
Aantal reacties:
5
Aantal keer gelezen:
321
Ik wacht tot het einde.
Titel: Ik wacht tot het einde.
Genre: Liefde
Aantal woorden verhaal: 1158
Inspiratiebron: het liedje The man who can't be moved van The script.
Type: Stand Alone
Schrijfstijl: Ik-persoon + herhaling (eerste keer)
Inleiding: Te vaak geluisterd daarom inspiratie gekregen
- 10-10-'09
Controle door DeJury
Super bedankt nogmaals ^^
Alleen loop ik over de straat, tenminste voor mijn gevoel dan. Ik kijk rond en zie dat er naast me allemaal mensen lopen. Ze hebben geen blik in hun ogen, het enige wat je kan zien is haast, haast om thuis te komen, haast om bij hun geliefde te zijn, haast om de trein te halen. Maar geen tijd om rond te kijken. Geen tijd om te genieten van het moois om hun heen. Te kijken naar de mensen zoals ik dat doe. Misschien ben ik wel apart, misschien ben ik wel speciaal, misschien, misschien ook niet. Ook zie ik dat allemaal mensen enorm veel tassen dragen, die draag ik eerlijk gezegd ook, maar ik heb vast een heel ander idee dan zij. Ik heb mijn slaapzak bij me, zij vast niet. Misschien ben ik wel apart, misschien ben ik wel speciaal, misschien, misschien ook niet. Ja, misschien ben ik dan wel apart, speciaal of hoe je het dan ook wilt noemen.
Ik wacht op mijn geliefde. Ondertussen loop ik naar de hoek waar ik zijn prachtige gezicht voor het eerste zag. Zijn mooie blonde haren die zachtjes mee waaide in de wind. Zijn oceaanblauwe ogen waarin ik meteen verdronk. Ik kom op ons hoekje aan, zoals ik het altijd noem. Mijn vrienden werden er gek van. Dit hele plan begon als een grapje. Ze zeiden: "Ga terug naar de hoek waar je hem voor het eerst zag." Maar ze brachten mij op een idee, een geweldig idee. En zo doende sta ik hier nu. Ik zet mijn twee zware tassen neer. Er zitten allemaal spullen in om hier te overleven. Ik blijf hier zitten, totdat hij mij komt opzoeken. Ik pak een mijn slaapzak en leg deze op de grond op een tactisch plekje. Ook pak ik een stuk karton, waar ik op geschreven heb: Als je deze jongen ziet, kun je hem dan zeggen waar ik ben.
Tevens pak ik een foto, waarop jou gezicht staat. Deze zet ik naast het bord neer.Nu hoop ik er opdat hij komt. Ooit, komt hij en voor die tijd zal ik niet weggaan. Mensen kijken me aan met een blik van wat doe jij hier? Ik kijk ze lachend aan ze begrijpen niet wat een gebroken hart doet met mij. Ze begrijpen niet dat mensen dit kunnen doen. Ze hebben te veel haast, te veel stress, ze begrijpen niet dat je dit kunt doen. Ik wil me eigenlijk ook niet begrepen voelen alleen door mijn geliefde. Terwijl ik zijn naam niet eens weet. Ik staar weer recht voor me uit. Misschien herken ik je benen. Misschien weet je al dat ik hier ben. Misschien besef je wel dat je niet meer zonder mij kunt. Misschien, misschien ook niet.
Het wordt later en later en steeds zie ik je gezicht niet. Maar ik blijf optimistisch, ik heb geleerd optimistisch te blijven, ook wanneer het tegenzit.
Het begint te schemeren en ik pak een deken. Ondertussen zie ik nog steeds mensen lopen over de straat, ze staren naar mij. Maar ik geef geen aandacht meer aan ze. Ze beseffen het niet en dat zullen ze ook niet beseffen, want zij hebben geen gebroken hart. Het wordt ietsje rustiger, maar niet voor lang, want ik weet dat over een ogenblik, wanneer de lichten aangaan, de stad opnieuw gaat leven. Andere gezichten komen tevoorschijn. Gezichten zonder haast, gezichten met genot, gezichten met plezier. Deze mensen zijn puur uit op de winst van geld of op het flirten met ander mensen. Ze zijn er op uit om harten te winnen en dan weer te breken. Ze zijn eropuit om andermans geluk te verpesten. Zo was ik ook, ooit, lang geleden voordat ik jou nog niet had gezien.
Ik val langzaam in slaap ondanks, alle herrie om mee heen. Ik ben moe, moe dat ik de juiste oplossing niet weet, moe van al die starende mensen om me heen.
Met een schok word ik wakker. Ik hoor iemand roepen: "HE ZWERVER." Het doet me niets, helemaal niets, omdat hij niet weet waarom ik hier zit. Waarom kan hij mij voet van stuk brengen? Ik doe dit omdat ik mijn geliefde weer wil zien. Ik zet me Ipod aan, zo kan ik niet horen wat de mensen tegen me zeggen, niet horen wat ze over me denken, want ik hoor hun gewoon denken. En zo gaat een lange dag weer voorbij. Ook de avond komt weer voorbij. Hier merk ik helemaal niets meer van. Ik slaap, ik denk aan jou, aan jou oceaan blauwe ogen waarin ik verdrink.
Zo gaan dagen voorbij. Ik heb geen idee hoelang ik hier ook zit. Het kan mij niet schelen, want ik heb een gebroken hart, waarom zou ik daar aan denken. Ik hoor een politie agent tegen me zeggen: "Mevrouw je kunt hier niet blijven!" Ik kijk hem aan en zeg: "Er is iemand op wie ik wacht Al is het een dag, een maand, een jaar." Hij kijkt mij verbaasd aan. En zegt: "Het zal wel." En loopt weg. Ik zei het toch, mensen begrijpen mij niet. Ze snappen het niet, ze willen het niet snappen.
De nachten beginnen langer te worden en ik merk: de winter komt er aan. Ik pak een extra deken en leg die over me heen. En rustig val ik weer eens in een diepe slaap waarin ik denk aan jou.
Ik krijg een krant in me handen gedrukt van een voorbijganger. Het verbaast me, dat ze er nog zijn. Ik zie niets meer van al die benen die langs me lopen. Ik kijk naar de krant en zie dat ik op de voorpagina sta. Als kop staat er: De vrouw die niet weggaat. En er staat een foto van mij. Ik ben in het nieuws. Misschien heeft hij het nu door dat ik op hem wacht. Want ik weet, wanneer jij je je bedenkt. Zal je als eerste hier na toe gaan. Je zult het misschien niet verwachten dat ik in het nieuws kom, dat ik beroemd ben. Maar je zult hier komen, hoe dan ook. Je weet nu waar ik ben dus je kunt me opzoeken. Zo als je ziet zitten er geen gaten in me jas en schoenen. Ik ben keurig, ik ben geen zwerver zoals er geroepen wordt. Ik ben iemand met een doel, om jou weer eens te zien.
Ik weet dat jij hier terug komt, want jouw hart verlangt naar mij. Je wist niet waar ik was op de wereld, maar nu weet jij het wel. Je komt mij rennend tegemoet dat weet ik, dat geloof ik. Je zult me zien wachten op jou. Op de hoek van de straat waar we elkaar hebben ontmoet.
Ik ga niet weg.
Ik ga niet weg tot dat jij me opkomt zoeken. Ik blijf hier stug zitten, wat er ook gebeurt.
Ik blijf wachten, wachtend op jou.
Reacties:
DeJury zei op 9 okt 2009 - 21:21:
Het is een heel mooi verhaal.
De herhaling heb je echt als een mooi stijlfiguur gebruikt.
(De verbeteringen volgen via privébericht, dat wilden we nog eens testen, weet je nog?)
xx
De Jury
Het is een heel mooi verhaal.
De herhaling heb je echt als een mooi stijlfiguur gebruikt.
(De verbeteringen volgen via privébericht, dat wilden we nog eens testen, weet je nog?)
xx
De Jury
Juliette zei op 25 sep 2009 - 22:09:
Haha, ik had nog niet door dat hij niet af was
Bij liedje is natuurlijk ook krantgebeuren enzo, maar ik wist niet of je dat er ook in ging doen
Maar hij is nog steeds:
NICE
En het liedje is ook goed
Haha, ik had nog niet door dat hij niet af was
Bij liedje is natuurlijk ook krantgebeuren enzo, maar ik wist niet of je dat er ook in ging doen
Maar hij is nog steeds:
NICE
En het liedje is ook goed
Wauw, heel erg mooi.
Echt heel mooi.
Vooral dit stukje: Vind ik heel erg mooi. Ik heb hier ook een tijdje geleden een SF over geschreven, maar die is totaal anders.
Ik vind deze echt heel erg mooi<3
Sowieso is het liedje ook geweldig, maar dit is ook fantastisch (:
Ik ga nog wel meer dingen van je lezen<3
xxx