Hoofdcategorieën
Home » Tokio Hotel » Der Regen fällt.. [afgerond] » Chapter four.
Der Regen fällt.. [afgerond]
Chapter four.
Demy keek met een lege blik uit haar slaapkamer raam, de regen kletterde tegen de ruiten.
De regen deed haar denken aan Bill,Tom en Gustav. Alledrie zijn ze vermoord terwijl het regende, wie deze gek is en waarom hij deze dingen doet weet niemand. Het stoort haar dat ze niet naar Georg kan, als alles klopt dan is hij de volgende. Ze wende zich af van het raam en liep haar kamer uit, hoewel het midden in de nacht was deed ze haar jas en schoenen uit en liep naar buiten. Met vluchtigen stappen liep ze richting Georg's huis. Door de regen hoorde ze de voetstappen achter zich niet, zonder om zich heen te kijken liep Demy over de straten die er eenzaam uitzagen in de nacht.
Het leek alsof het met elke stap die ze deed harder ging regenen, Georg woonde niet ver weg, maar het leek alsof dat kleine stukje lopen opeens honderd kilometer leek. Haar benen waren zo moe, ze wou niet meer verder. Demy zakte door haar knieen en zat daar op de grond, de tranen stroomde over haar wangen. Bill!!!! riep ze naar de sterren boven haar.
Ondanks de kou bleef ze op de grond zitten en keek naar boven, naar die ene ster die tussen de donkere wolken tevoorschijn kwam. 'Ik mis je, Bill' zei ze zachtjes tegen de lege straten.
Tenminste ze dacht dat de straten leeg waren, vlak achter haar stond de jongen, de jongen die alles had veroorzaakt. Hij stond toe te kijken en kreeg tranen in z'n ogen. hij had hier voor gezorgt, hij had ervoor gezorgt dat Demy nu huilend op de koude en natte straat zat. De jongen kreeg bijna medelijden maar wist dat hij zijn taak af moest maken. Zachtjes liep hij op Demy af maar opeens draaide ze zich om. Demy keek recht in de ogen van de jongen die haar grote liefde van haar had afgenomen. Het huilen stond haar nader dan het lachen, ze wou gillen, schreeuwen, maar er kwam niks uit haar keel. Ze kon de zweetdruppels op zijn gezicht zien, en zag een soort van angst in zijn ogen. Opeens had ze het gevoel dat ze de jongen kende, echt kende. Die ogen kwamen haar zo bekend voor. De jongen kon in Demy's ogen aflezen dat zij hem had herkend. 'Hoe kon je?' hoorde hij haar vragen. Hij besloot niet te antwoorden en keek haar alleen maar strak aan. Demy stond op en ging tegen over de jongen staan, 'hoe kon je?' herhaalde ze. De jongen deed niks en keek haar alleen maar aan. Ze keek naar z'n handen en zag dat hij een mes vast hield. 'Doe maar, ga je gang'. zei ze en ze ging uitdagend voor hem staan. Met haar armen en benen wijd herhaalde ze de woorden steeds weer. De jongen twijfelde en liep toen door, zonder haar aan te raken. Demy keek verbaasd naar de schim die steeds minder te onderscheiden was van de duistere nacht.
'Georg!' dacht ze en ze rende zo snel ze kon richting Georg's huis. 'Als ik maar niet te laat ben'. dacht Demy. De straten schoten aan haar voorbij, zonder een besef van tijd rende ze alsof haar eigen leven ervan afhing.
Toen ze bij het huis van Georg was zag ze dat de voordeur op een kier stond, zachtjes duwde ze de deur verder open en liep naar binnen.
Vanaf zolder klonk een gil, Demy bedacht zich geen tweede keer en rende als een bezettene naar boven, wat ze aantrof was anders dan ze had gedacht. Georg hing uit het zolder raam en de jongen stond alleen maar toe te kijken. 'Georg' riep Demy,de tranen sprongen in haar ogen. Georg hing uit het zolder raam en zij kon niks doen, door alle onmacht begon ze te gillen en dingen te gooien naar de jongen. De jongen kwam op Demy aflopen toen hij opeens z'n naam hoorde. 'Andreas!' riep Georg 'Waarom doe je dit allemaal'? Andreas draaide zich om en liep weer naar het raam. 'Het zal wel zwaar zijn om daar zo te hangen' zei Andreas en hij gaf een trap tegen de hand van Georg. Door de pijn liet Georg los en hing nog maar aan één hand. Er volgde een trap tegen de andere hand en Georg viel naar benenden, de val zelf was niet dodelijk maar de manier waarop Georg terecht kwam wel. Georg was opslag dood en Demy was nu alleen met Andreas op de zolder.
ANDREAS?
Van al de personen in de wereld is het Andreas? oÃâ€
Andreas.
Dat is zo... Onvoorspelbaar.
Aah sjeez, hij?
Ik wou de jongen vervloeken, maar Andreas?
Nu ben ik echt benieuwd, en mijn reactie slaat nergens op maar ik ben nieuwsgierig.